Staatssecretaris Weekers heeft een evaluatie van de Werkkostenregeling (WKR) naar de Tweede Kamer gestuurd. Uit het rapport blijkt onder andere dat het forfait WKR van 1,4% voldoende ruimte biedt en nevenvergoedingen als de fietsvergoeding en bedrijfsfitness weinig hinder ondervinden aan de WKR.
Welke problemen verwachten werkgevers?
De rode draad in de verschillende redenen is dat naarmate de organisaties kleiner zijn, men nog niet aan de Werkkostenregeling toegekomen is. Er zijn te weinig vergoedingen en verstrekkingen, men is er nog niet aan toegekomen of men heeft zich er nog niet in verdiept. Naarmate organisaties groter zijn, is men vaker al met de Werkkostenregeling bezig. Er blijken dan problemen te zijn met de voorbereiding, men heeft becijferd dat de Werkkostenregeling financieel ongunstig is, of de invoering blijkt organisatorisch lastig te zijn.
Fietsvergoeding en bedrijfsfitness
De Werkkostenregeling lijkt een licht negatief effect te hebben op de fietsregeling. Dat wil zeggen dat niet elke werkgever direct toezegt die ook in de toekomst, binnen de Werkkostenregeling te zullen aanbieden. Meer dan de helft van de werkgevers (53%) zegt dat wel te zullen doen; 16% echter niet en een substantieel deel van de werkgevers weet het nog niet. Voor de vergoedingen voor bedrijfsfitness is het beeld iets positiever. 60% van de werkgevers zal ook in de toekomst bedrijfsfitness bij externe sportscholen aanbieden.
Voldoende ruimte?
Gemiddeld is er voor de totale omvang van onbelaste vergoedingen/verstrekkingen in de vrije ruimte WKR, ten opzichte van 1,4% van de loonsom, (een met de tekorten gesaldeerd) overschot van bijna 14%, ofwel € 427 miljoen. De kleinste klasse kent het grootste overschot (52%); in de klasse boven de 500 werknemers is het overschot het laagst (met 5%). Naar aantallen werkgevers gemeten, is de conclusie dat het forfait WKR van 1,4% grotendeels toereikend is. 78% van de werkgevers heeft genoeg aan een forfait WKR van 1,4%.
WKR van 1,5%?
Het is logisch dat als het forfait WKR van 1,4% al toereikend is, dat ook voor een forfait van 1,5% geldt. Zo is op macroniveau het (met de tekorten gesaldeerde) overschot ruim € 676 miljoen. Uitgedrukt in procenten van de totale omvang van onbelaste vergoeding/verstrekking in de vrije ruimte WKR is er een overschot van 22% (tegen 14% bij het forfait WKR van 1,4%).
Naar aantallen werkgevers gemeten, is het verschil met het forfait van 1,4% miniem. 79% van de werkgevers heeft genoeg aan een forfait WKR van 1,5% tegen 78% bij een forfait WKR van 1,4%. Een verklaring voor dit kleine effect is de tamelijk grote spreiding in de opgegeven bedragen. Daardoor heeft een verhoging van de vrije ruimte van 1,4 naar 1,5% nauwelijks effect op het aandeel werkgevers waarvoor het forfait WKR toereikend is.
Klik hier voor het volledige rapport.
Wilt u weten wat de WKR voor u betekent? Volg dan op 14 november de Live Update Acutaliteiten Werkkostenregeling.
Meer informatie: Evaluatie Werkkostenregeling
Geef een reactie