Minister Spies van Binnenlandse Zaken heeft in antwoorden op vragen over huurverhoging op grond van inkomen duidelijk gemaakt dat er van huurbelasting voorlopig nog geen sprake is. Een bij huurders te heffen belasting over de huurprijs heeft een aantal gevolgen voor de technische uitvoerbaarheid. Bij het in kaart brengen van deze gevolgen verdienen vooral de grondslag van heffing, het subject van heffing, de toename van het aantal belastingplichtigen, de toename van uitvoeringskosten en de fraudegevoeligheid aandacht.
De Belastingdienst heeft niet de beschikking over huurprijzen van huurwoningen en het aantal belastingplichtigen bij introductie van een huurbelasting. Daarnaast beschikt de Belastingdienst niet over gegevens betreffende de maximaal te belasten huurprijs op basis van het puntensysteem. Voor al deze gegevens is de Belastingdienst bij een huurbelasting afhankelijk van de gegevens die belastingplichtigen verstrekken. Hiermee is een huurbelasting alleen uitvoerbaar wanneer het aanzienlijke risico op fraude wordt geaccepteerd. Verder zal een huurbelasting die wordt geïntegreerd in de inkomstenbelasting tot een aanzienlijk grotere groep inkomstenbelastingplichtigen leiden. De introductie van een separate huurbelasting leidt tot meer administratieve lasten voor zowel burgers als de Belastingdienst. Daarnaast is voor de technische uitvoerbaarheid van belang dat de huurbelasting in jaar t bepalend is voor de belastinggrondslag in jaar t+1 en volgende jaren. Deze manier van grondslagbepaling leidt tot een zeer complex geheel als gevolg waarvan de uitvoeringslasten toenemen. Voorgaande betekent, vergeleken met voormelde wetsvoorstellen, een zeer complexe belasting, meer belastingplichtigen, hogere uitvoeringslasten en een zeer aanzienlijk risico op fraude. De regering gaat niet over tot invoering van een huurbelasting wanneer sprake is van dergelijke omstandigheden en gevolgen.
Meer informatie: Beantwoording Kamervragen over huurverhoging op grond van inkomen
Geef een reactie