Het feit dat de Belastingdienst niet meegaat in de zienswijze van een accountant over ondernemersactiviteiten, betekent niet automatisch dat de accountant onjuist geadviseerd heeft. Zo oordeelde de Accountantskamer in een tuchtrechtzaak.
Een vrouw had zich in 2008 aangemeld bij de Belastingdienst als ondernemer. Eén van de activiteiten van de onderneming was het fokken en houden van huisdieren en kleinvee. Nadat de door de echtgenoot van klaagster ingediende belastingaangifte over 2008 door de belastingdienst retour werd gezonden, heeft klaagster bijstand verzocht van een accountant- en administratieconsulent die haar IB-aangiften 2008 en 2009 verzorgde. In beide aangiften werd een verlies uit onderneming in aftrek gebracht. De inspecteur weigerde de aftrek, omdat de activiteiten van de vrouw geen onderneming vormden. Hierop heeft de vrouw een klacht ingediend, omdat de raad die zij van de adviseur had ontvangen onjuist was.
De Accountantskamer was van mening dat het advies om in de aangiften 2008 en 2009 de in verband met de onderneming gemaakte kosten als lasten op te voeren, verantwoord is geweest. De onderneemster had verschillende keren overlegd met haar accountant over de aard van haar activiteiten. Dat de fiscus later oordeelde dat er geen sprake was van een onderneming in fiscale zin, maakt dat niet anders. Het was niet aannemelijk geworden dat de accountant zijn cliënt niet had gewezen op de kans dat zij door de Belastingdienst niet als ondernemer zou worden beschouwd. De Accountantskamer verklaarde de klacht dan ook ongegrond.
Meer informatie: Beslissing ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants(Wtra) van 12 oktober 2012 in de zaak met nummer 12/645 Wtra AK
Geef een reactie