Hof Den Haag heeft duidelijk gemaakt dat iemand geen zelfstandig beroepsbeoefenaar kan zijn voor de inkomstenbelasting als hij al zijn opdrachten verkrijgt via een tussenpersoon.
Wie een zelfstandig beroep uitoefent, kwalificeert voor de inkomstenbelasting als ondernemer en kan onder voorwaarden gebruikmaken van allerlei ondernemersfaciliteiten. Een belangrijke voorwaarde voor de kwalificatie van zelfstandig beroepsbeoefenaar is dat men economisch zelfstandig is. In de zaak voor Hof Den Haag had een man aan derden zijn diensten als interim- manager aangeboden. Enkele bedrijven die een interim-manager zochten hadden opdrachten geplaatst bij een tussenpersoon. Deze tussenpersoon besteedde sommige van deze opdrachten uit aan de interim-manager. Hoewel de man voor zijn opdrachtgevers tamelijk zelfstandig zijn werkzaamheden verrichtte, kwalificeerde hij volgens de fiscus en het Hof niet als zelfstandig beroepsbeoefenaar of als een ander soort ondernemer. De man verkreeg namelijk uitsluitend uitbestede opdrachten via de tussenpersoon en was niet goed in staat zelf afnemers te werven. Hierdoor ontbrak het hem aan de vereiste economische zelfstandigheid.
Wet: artikelen 3.4 en 3.5 IB 2001
Meer informatie: Hof Den Haag, 13 maart 2012 (gepubliceerd 20 juli 2012), LJN: BX2214
Geef een reactie