Een bug in de administratiesystemen dat leidde tot administratieve chaos rechtvaardigt niet de aansprakelijkstelling van de bestuurder voor onbetaald gebleven belastingen. De inspecteur die stelt dat de betalingsonmacht van een bv te wijten is aan kennelijk onbehoorlijk bestuur moet dit ook kunnen bewijzen.
Als een onderneming te maken heeft met een forse omzetgroei, maar zijn administratie niet aanpast en daarbovenop ook nog met computerperikelen krijgt te maken kan dit zorgen voor onjuiste aangiften. Dit was het geval in een zaak waarin de inspecteur een middellijk bestuurder van een bv aansprakelijk stelde voor onbetaald gebleven naheffingsaanslagen loonbelasting en omzetbelasting van een bv. De inspecteur meende dat de slechte interne organisatie en gebrekkige administratie duidden op grove schuld van de bv. De bestuurder en de bv stelden echter dat geen sprake was van grove schuld, omdat er onjuiste aangiften waren gedaan door de problemen in de geautomatiseerde administratiesystemen. Het hof vond dat de bv actie had moeten ondernemen zodra deze signalen had dat er onregelmatigheden waren in de administratiesystemen. De aangiften waren immers gebaseerd op de gegevens in deze systemen. De bv had toen nagelaten een grondig onderzoek te doen naar de werking daarvan. Het onderzoek vond pas plaats na de precieze lokalisering van de zogenoemde ‘bug’ in de systemen. Alleen de te weinig betaalde belasting die betrekking had op de periode waarin duidelijke signalen waren over het disfunctioneren van de administratiesysteem was volgens het hof te wijten aan de grove schuld van de bv.
Wet: artikel 36 IW 1990, artikel 7 Uitvoeringsregeling IW 1990
Meer informatie: Hof Amsterdam, 9 februari 2012, (gepubliceerd 21 maart 2012), LJN: BV9284
Geef een reactie