Als de fiscus gebruik maakt van informatie die op onrechtmatige wijze is verkregen kan dit voor de rechter een reden zijn om de aanslag te vernietigen. Een aanslag wordt echter niet vernietigd als daarbij geen rekening is gehouden met de besmette bewijsstukken.
De fiscus kan buitenlandse belastingautoriteiten verzoeken om informatie die nodig kan zijn voor de belastingheffing. Het baseren van een aanslag op stukken die afkomstig zijn van buitenlandse autoriteiten is echter alleen mogelijk als deze hiervoor hun toestemming hebben gegeven. Mogen de stukken niet voor fiscale doeleinden worden gebruikt, maar gebruikt de fiscus deze toch, dan is er sprake van besmet bewijs. Het gebruik van deze stukken door de inspecteur is in dat geval dan ook onrechtmatig. Dit hoeft echter niet meteen te leiden tot vernietiging van de aanslag. Dit bleek bijvoorbeeld in een zaak voor de Hoge Raad.
In deze zaak beschikte de inspecteur over stukken die onder voorbehoud waren verstrekt door Luxemburgse autoriteiten. De inspecteur had volgens de rechter wel aannemelijk gemaakt dat de aanslag niet op deze stukken was gebaseerd, maar op kwitanties die bij een huiszoeking waren aangetroffen. Deze kwitanties vormden een bewijsvermoeden dat sprake was van belastbare inkomsten. Volgens de Hoge Raad bleek niet dat de aanslag verder berustte op of gesteund werd door de Luxemburgse stukken. De dga in deze zaak kwam door het onrechtmatig gebruik van de Luxemburgse stukken door de inspecteur dus niet in een nadeliger positie te verkeren. De rechtspositie van de dga werd voldoende beschermd door de vaststelling dat de inspecteur onrechtmatig had gehandeld en doordat het hof geen acht sloeg op Luxemburgse stukken. De aanslag bleef daarom in stand.
Meer informatie: Hoge Raad, 27 april 2012, LJN BW4095, 11/02030
Geef een reactie