De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de verstrekking van een servicecertificaat bij de levering van een apparaat een bijkomende prestatie is. De ondernemer moet daarom op de verstrekking van het servicecertificaat hetzelfde btw-regime toepassen als op de levering van het apparaat.
De zaak voor de Hoge Raad betrof een bv die winkels in huishoudelijke, elektrische en elektronische apparaten exploiteerde. Daarnaast beschikte de onderneming over een technische dienst die eventueel de apparaten kon repareren. Kopers van een apparaat bij de bv konden een servicecertificaat aanschaffen dat hen recht gaf op een verlengde garantietermijn. De bv stelde dat de verkoop van het certificaat een afzonderlijke prestatie was, die was vrijgesteld van btw. De Hoge Raad was het met de bv eens dat de verkoop van het certificaat in beginsel een afzonderlijke prestatie was. De koper kan het apparaat immers ook zonder servicecertificaat aanschaffen. Maar de Hoge Raad oordeelde ook dat de verkoop van het servicecertificaat uitsluitend was gekoppeld aan de koop van dat apparaat. Volgens de Hoge Raad was de levering van het apparaat een hoofdprestatie en de door het servicecertificaat belichaamde prestatie een bijkomende prestatie. De door het servicecertificaat belichaamde prestatie was dus net zomin vrijgesteld als de levering van het apparaat zelf.
Wet: artikel 11, eerste lid, onderdeel k OB 1968
Meer informatie: Hoge Raad, 10 augustus 2012, LJN: BT2197
Geef een reactie