Deelnemen aan het bestuur en verrichten van bestuurswerkzaamheden is niet voldoende om te kwalificeren als ‘bestuurder’ voor toepassing van het belastingverdrag met Luxemburg. Voor in Nederland verrichte werkzaamheden bestaat dan geen recht op vermindering ter voorkoming van dubbele belasting.
Een in Nederland woonachtige directeur legal & compliance werkte vanaf 2011 voor een vennootschap die was opgericht en gevestigd in Luxemburg. Hij was tevens middellijk aandeelhouder in de vennootschap en was de onderneming samen met vier partners gestart. Door zijn functie kon hij niet formeel lid van de Raad van Bestuur zijn omdat dit volgens de Luxemburgse toezichthouder onder andere belangenverstrengeling kon veroorzaken. Gemiddeld werkte hij voor de vennootschap 2 dagen per week in Luxemburg en 1,5 dag vanuit Nederland. Naar zijn mening kwalificeerde hij als ‘bestuurder’ voor de toepassing van het belastingverdrag met Luxemburg (het verdrag) en had hij voor de beloning die zag op zijn werkzaamheden die hij in Nederland had verricht in 2011 recht op een vermindering ter voorkoming van dubbele belasting. Gerechtshof Den Haag oordeelde dat het begrip bestuurder moest worden uitgelegd naar nationaal recht, aangezien het verdrag hiervan geen definitie geeft. Naar Nederlands vennootschapsrecht is een bestuurder een persoon die op de in de wet en statuten voorgeschreven wijze als lid van het bestuur is benoemd (formeel criterium) en in die hoedanigheid bestuurswerkzaamheden verricht (materieel criterium). De man had volgens het hof wel aannemelijk gemaakt dat hij in 2011 deelnam aan het bestuur en bestuurswerkzaamheden verrichtte (en daarmee voldeed aan het materiele criterium), maar hij was niet op de voorgeschreven wijze als bestuurder benoemd. Hij kwalificeerde daarom niet als lid van de raad van bestuur als bedoeld in artikel 17 van het verdrag en de inspecteur had terecht een voorkoming van dubbele belasting over zijn beloning ten aanzien van de werkzaamheden in Nederland geweigerd.
Wet: artikel 17 Belastingverdrag Nederland – Luxemburg
Meer informatie: Gerechtshof Den Haag 7 december 2016 (gepubliceerd 21 december 2016), ECLI:NL:GHDHA:2016:3775
Geef een reactie