Het kabinet beoogt feitelijk de VBI voor de dga af te schaffen. De varianten van fiscaal voordelige belegging van het liquide vermogen van de dga zijn echter niet zonder enig risico en discussie.
Door een maatregel in het Belastingplan 2017 is de opzet van nieuwe vrijgestelde beleggingsstellingen (VBI’s) voor dga’s met ingang van Prinsjesdag in veel gevallen onaantrekkelijk geworden. En wat nu? Als men met rekenmodellen doorrekent hoe een dga zijn liquide vermogen fiscaal het meest voordelig kan beleggen, komen volgens mr. Denny Vermeer en mr. Wouter Verstijnen veelal de volgende varianten naar voren: “(i) beleggen in box 3 na een dividend van de vennootschap, (ii) beleggen in de normaal belaste vennootschap, (iii) beleggen in box 3 met een lening van de vennootschap, (iv) beleggen in 5%-pakketten (deelnemingsvrijstelling) en (v) diverse internationale structuren.”
“Optie (i) komt doorgaans als onvoordelig uit de berekeningen. Optie (ii) is het eenvoudigst, maar komt, zeker naarmate de rendementen hoger worden, niet als voordeligst uit de bus. Het aanbod van beleggingen in 5%-pakketten (optie iv) in de markt is maar zeer beperkt. Al met al zullen op basis van de rekenmodellen opties (iii) en (v) dan ook als interessant naar voren komen. En laten nu net deze varianten niet zonder enig risico en discussie zijn”, aldus Vermeer en Verstijnen.
In het artikel ‘VBI-maatregelen Belastingplan 2017’ in het Vakblad Estate Planning dat nog voor Kerst verschijnt gaan zij nader in op de risico’s, de maatregel in het wetsvoorstel, de argumenten en de terugwerkende kracht.
Nog geen abonnee? Bestel dan nu een kennismakingsabonnement op het Vakblad Estate Planning!
Geef een reactie