Als op grond van overeenkomsten de verkoper van vastgoed alleen met toestemming van de koper het recht heeft om het vastgoed terug te kopen en vervolgens dit vastgoed tegen dezelfde prijs opnieuw aan de koper moet leveren, is geen sprake van rechtsherstel. In deze situatie is de eerder geheven overdrachtsbelasting niet terug te vragen.
Dit blijkt uit een recente behandeling van de volgende constructie door Rechtbank Gelderland. Op 5 november 2007 vond de verkoop plaats van twee onroerende zaken aan een bv. Naast de leveringsakte waren een akte van wederinkoop en een akte aanvulling recht van wederinkoop opgesteld. De akte aanvulling recht van wederinkoop bepaalde dat de verkoper alleen mocht overgaan tot wederinkoop met toestemming van de koper. Bovendien zou de verkoper in dat geval verplicht zijn de koper opnieuw het vastgoed te leveren tegen dezelfde koopprijs waartegen het was teruggekocht. Volgens de rechtbank had de ontbindende voorwaarde van deze transactie door dit alles geen reële waarde. De constructie was alleen bedoeld om overdrachtsbelasting te besparen voor de koper. Bij de wederinkoop in 2009 vond daarom geen rechtsherstel plaats en had de koper geen recht op teruggaaf van de overdrachtsbelasting. De rechter vond dat de verkoper met zijn medewerking aan deze constructie verwijtbaar had gehandeld. Omdat de overdrachtsbelasting uiteindelijk was betaald door een nieuwe koper, matigde de rechtbank echter de boete van € 22.500 (25% van de nageheven belasting) naar € 10.000.
Wet: artikel 13, eerste lid, artikel 15, eerste lid, onderdeel r en artikel 19 WBR 1970
Meer informatie: Rechtbank Gelderland, 31 december 2015, ECLI:NL:RBGEL:2015:8139
Geef een reactie