Bij een rechterlijk oordeel over de vraag of een herziening van de afgegeven VAR rechtmatig is, kan een belastingplichtige ook over een voorbij jaar belang hebben. Dit is een rechte te respecteren procesbelang, aldus Rechtbank Gelderland.
Zo stapte een gediplomeerde ziekenverzorgende naar de rechter toen de fiscus haar vanaf 2014, in tegenstelling tot eerdere jaren, geen VAR WUO meer gaf maar een VAR Loon. De ziekenverzorgende stelde dat zij daardoor aanzienlijk minder werk kreeg van zorginstellingen. Zij zou dus als gevolg van het bestreden besluit schade hebben geleden. Dat belanghebbende een rechterlijk oordeel wenste met betrekking tot de vraag of dit besluit rechtmatig was, vormde volgens de rechter een in rechte te respecteren belang. De inspecteur onderschreef bovendien ter zitting dat de beschikking een uitstralingseffect kon hebben naar een beoordeling voor de inkomstenbelasting en had daarin een procesbelang onderkend. De rechtbank concludeerde daarom dat er geen aanleiding was het beroep vanwege het ontbreken van een procesbelang niet-ontvankelijk te verklaren. Uiteindelijk verklaarde de rechter het beroep van belanghebbende toch ongegrond. De rechtbank was op grond van alle feiten en omstandigheden van oordeel dat de inspecteur naar aanleiding de nieuwe aanvraag terecht geen VAR WUO had afgegeven.
Wet: artikel 3:156 Wet IB 2001
Meer informatie: Rechtbank Gelderland, 20 oktober 2016, ECLI:NL:RBGEL:2016:5527
Geef een reactie