De Nederlandse Orde van Belastingadviseurs is van mening dat een openbaar UBO-register een onnodige inbreuk op het recht van privacy is.
De UBO-registratie die met het implementatiewetsvoorstel wordt ingevoerd, is gebaseerd op het uitgangspunt dat meer transparantie kan voorkomen dat het financiële stelsel wordt gebruikt voor witwassen of terrorismefinanciering. De Orde is het met het kabinet eens dat inzicht in de identiteit van uiteindelijk belanghebbenden van vennootschappen en andere juridische entiteiten een bijdrage kan leveren aan het effectiever tegengaan van terrorismefinanciering en witwassen. Dat doel kan evenwel ook worden bereikt zonder het opnemen van de UBO’s in een openbaar register. Het is voldoende als alle toezichthouders over die gegevens beschikken. Daarom meent de Orde dat de publieke toegang tot UBO-gegevens die het implementatiewetsvoorstel en de gewijzigde vierde EU-antiwitwasrichtlijn met zich brengt, een onnodige, in sommige gevallen disproportionele inbreuk maakt op het recht op privacy van uiteindelijk belanghebbenden. De Orde realiseert zich dat de Richtlijn de nationale wetgever op dit punt weinig keus laat, maar hecht eraan dit te benadrukken.
De Orde doet het verzoek aan het kabinet aan de hand van concrete voorbeelden de toepassing van het UBO-register in de praktijk te duiden.
Meer informatie: NOB, 28 mei 2019
Geef een reactie