De staatssecretaris van Financiën heeft een geactualiseerd besluit gepubliceerd naar aanleiding van wijzigingen in de Wet OB in verband met de nieuwe btw-factureringsregels in de Europese Unie. Dit besluit bevat nieuwe btw-regels die zien op de administratieve-, facturerings- en andere verplichtingen in de omzetbelasting.
Implementatie richtlijn factureringsregels
Op 13 maart 2012 is het wetsvoorstel tot de implementatie van de EU-richtlijn met betrekking tot de factureringsregels in de Wet OB door de Eerste Kamer aangenomen. Deze nieuwe regelgeving is bedoeld om de facturering voor de btw-heffing te vereenvoudigen, te moderniseren en verder te harmoniseren. In een geactualiseerd besluit gaat de staatssecretaris in op een aantal wijzigingen waarmee btw-ondernemers al per 1 januari 2013 te maken zullen krijgen. Hierna volgt een selectie van de belangrijkste wijzigingen.
Uitreiking van factuur
Als een ondernemer goederen levert of diensten verricht voor een andere ondernemer of voor een rechtspersoon moet hij altijd een factuur uitreiken. Dit geldt ook als sprake is van vooruitbetaling. Daarnaast moet de ondernemer ook een factuur uitreiken als het gaat om zogenoemde afstandsverkopen en intracommunautaire leveringen. Echter, ingeval van een vooruitbetaling voor intracommunautaire leveringen aan anderen dan ondernemers en rechtspersonen kan het uitreiken van een factuur achterwege blijven.
Regels van lidstaat of eigen land
In beginsel moet de leverancier een factuur uitreiken. In dat geval gelden de factureringsregels die van toepassing zijn in de lidstaat waar de levering of de dienst wordt verricht. In bepaalde gevallen mag de leverancier echter de regels hanteren die gelden in zijn eigen land. Het gaat dan om gevallen waarin de prestatie wordt verricht buiten de EU of als de verleggingsregeling geldt. Laat de leverancier in dat geval de afnemer (selfbilling of outsourcing) in zijn naam en voor zijn rekening een factuur opstellen dan moet hij ervoor zorgen dat:
- vooraf is afgesproken dat de afnemer de factuur opmaakt;
- als hij de factuur niet wenst te aanvaarden, hij de afnemer tijdig hiervan op de hoogte stelt;
- de factuur aan alle in of krachtens de wet gestelde eisen voldoet.
Factuurvereisten
De factuur moet een aantal specifieke gegevens bevatten, zoals de nummering, naam en adres van de leverancier, de datum van de prestatie, munteenheid en belastingbedrag. Zie in dit kader het bericht ‘Factuurvereisten voor de BTW’ voor de factuurvereisten die nu gelden. Nieuw in dit kader is het opnemen van een duidelijke aanduiding in de factuur als sprake is van bijvoorbeeld een vrijstelling, toepassing van de verleggingsregeling of de margelregeling voor kunstvoorwerpen. Bij toepassing van de margeregeling moet de ondernemer in de factuur bijvoorbeeld opnemen ‘bijzonder regeling – kunstvoorwerpen’. Voldoet men niet aan deze factuurvereisten, dan bestaat geen recht op btw-aftrek.
Vereenvoudigde factuur
In bepaalde gevallen is het mogelijk een vereenvoudigde factuur uit te reiken. Bijvoorbeeld als het bedrag van de factuur niet hoger is dan € 100 of als de uitgereikte factuur kwalificeert als een document dat wijzigingen aanbrengt in, en specifiek verwijst naar de oorspronkelijke factuur. Op een vereenvoudigde factuur moeten in ieder geval worden vermeld:
- de datum van uitreiking van de factuur;
- de identiteit van de ondernemer die de prestatie verricht;
- de aard van de prestatie;
- het belastingbedrag; en
- eventuele verwijzing naar de oorspronkelijke factuur.
Let erop dat het gebruik van een vereenvoudigde niet mogelijk is als sprake is van grensoverschrijdende afstandsverkopen of van intracommunautaire leveringen tegen het nultarief.
Elektronisch factureren
Als voorwaarde voor het elektronisch factureren geldt onder meer dat ondernemers de authenticiteit en integriteit van de factuur moeten waarborgen. Momenteel gebeurt dat vooral met een geavanceerde elektronische handtekening of een Electronic Data Interchange (EDI). Vanaf 1 januari 2013 kunnen ondernemers ook andere systemen gebruiken. Van belang is dat sprake is van een bedrijfscontrole die een betrouwbaar controlespoor tussen een factuur en de verrichte prestatie oplevert. Ondernemers kunnen dus voortaan zelf bepalen op welke wijze de authenticiteit, integriteit en leesbaarheid van de factuur worden gewaarborgd. De fiscus controleert naderhand in hoeverre de ondernemer hieraan heeft voldaan. Bij twijfel is vooroverleg met de fiscus mogelijk.
Bijzondere regelingen
In het besluit besteedt de staatssecretaris ook aandacht aan een aantal bijzondere regelingen, zoals de nieuwe btw-plicht voor commissarissen. De regeling waarbij vervulling van niet meer dan vier commissariaten niet leidt tot btw-belastingplicht is namelijk op 1 juli 2012 ingetrokken. Het besluit bevat wel een overgangsregeling op grond waarvan de oude regeling tot 1 januari 2013 mag blijven worden toegepast. Een commissaris is in ieder geval btw-ondernemer als de commissariaatswerkzaamheden nauw samenhangen met, of in het verlengde liggen van de overige activiteiten in het bedrijf of beroep. Denk hierbij aan commissariaten die worden vervuld door advocaten, belastingadviseurs en soortgelijke beroepsbeoefenaren.
Verrekening van huurtermijnen
Tot slot geeft de staatssecretaris ook richtlijnen over hoe ondernemers moeten omgaan met creditfacturen en keurt hij goed dat de verrekening van de huurtermijnen tussen de oude en de nieuwe eigenaar kan plaatsvinden zonder facturering van belasting. In dat geval moet tussen de oude en de nieuwe eigenaar wel sprake zijn van een (interne) verrekening van de huuropbrengst en niet van een (verhuur)prestatie. Bij de verrekening van de huurtermijnen blijven de oorspronkelijke facturen en de btw-voldoening door de oude eigenaar in stand. En bij de oude eigenaar vindt geen herziening plaats van de belasting die hij heeft voldaan over de huurtermijnen die hij heeft ontvangen ná de levering van de onroerende zaak. De oude eigenaar heeft voor de belasting die hij heeft voldaan over de huurtermijnen geen recht op teruggaaf.
Wet: Afdeling 4 van de Wet op de omzetbelasting
Meer informatie: ministerie van Financiën, 27 juni 2012, BLKB 2012 477M
Geef een reactie