Veel bv’s met een directeur-grootaandeelhouder (dga) krijgen te maken met de zogeheten gebruikelijkloonregeling. Op grond van deze regeling moet de bv haar dga een fiscaal loon toerekenen. Dit mede om te voorkomen dat de dga zijn bv een zeer laag loon laat uitkeren om belasting te besparen.
Gebruikelijkloonregeling
Wie een aanmerkelijk belang houdt (in beginsel een belang van 5% of meer) in een bv en werkzaamheden verricht voor deze bv, zal moeten nagaan of de gebruikelijkloonregeling van toepassing is. Deze regeling is daarom vaak van toepassing op de dga. Op grond van de gebruikelijkloonregeling gaat de Belastingdienst ervan uit dat de dga een loon krijgt dat gebruikelijk is voor het niveau en de duur van zijn arbeid. Ook al kent de bv in werkelijkheid dit loon niet toe, zij zal toch loonbelasting moeten inhouden over het hele gebruikelijk loon, inclusief het fictieve deel. Als de bv het gebruikelijk loon op een te laag bedrag berekent en te weinig loonheffing inhoudt, riskeert zij een naheffingsaanslag met een boete.
Hoogte gebruikelijk loon
De Belastingdienst zal stellen dat het gebruikelijk loon op zijn minst gelijk is aan het hoogste van de onderstaande drie bedragen:
- 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking. Tot 1 januari 2015 moest de Belastingdienst in beginsel uitgaan van 70% van het loon uit een soortgelijke dienstbetrekking. Dit was voor de fiscus veel lastiger om aannemelijk te maken;
- het loon van de meestverdienende werknemer bij die bv of bij een lichaam dat is verboden met de bv;
- € 44.000 (bedrag 2015).
Lager loon
Als de bv aannemelijk kan maken dat het hoogste van de eerder genoemde drie bedragen hoger is dan 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking, wordt het gebruikelijk loon op 75% van dat loon gesteld. Het gebruikelijk loon mag echter niet minder bedragen dan het laagste van de volgende bedragen:
- € 44.000 (bedrag 2015)
- het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking.
Hoger loon
Zet de inspecteur in op een hoger loon, dan ligt de bewijslast bij hem. Hij moet dan aannemelijk maken dat bij werknemers met eenzelfde soort dienstbetrekking maar zonder aanmerkelijk belang, een hoger loon gebruikelijk is.
Meest vergelijkbare dienstbetrekking
Het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking is een belangrijk referentiepunt voor de gebruikelijkloonregeling. De wet definieert de meest vergelijkbare dienstbetrekking als de dienstbetrekking die binnen een categorie van dienstbetrekkingen het meest vergelijkbaar is met de dienstbetrekking van de dga. In deze categorie van dienstbetrekkingen mag het aanmerkelijk belang geen rol spelen. Bovendien moet het in deze categorie gaan om dienstbetrekkingen:
- die bekend zijn bij de bv en de inspecteur;
- waarvan het loon bekend is of in redelijkheid valt te schatten; en
- waarvan het loon niet op een ander bedrag is vastgesteld dan is gebruikelijk in het economische verkeer.
Geen gebruikelijk loon
Als het gebruikelijk loon voor de werkzaamheden van de dga voor al zijn bv’s niet meer zou bedragen dan € 5.000, blijft de gebruikelijkloonregeling buiten toepassing. In dat geval kan de bv zelfs het toekennen van loon geheel achterwege laten.
Geef een reactie