Verleent een ondernemer tegen vergoeding toegang tot een online databank aan particulieren? Dan moet hij vanaf volgend jaar rekening houden met de gewijzigde btw-regels en kan hij met toepassing van de mini-one-stop-shop-regeling (MOSS-regeling) administratieve lasten voorkomen.
Per 1 januari 2015 veranderen de btw-regels voor telecommunicatie-, omroep- en elektronische diensten die de ondernemer verricht aan particuliere afnemers. Vanaf 1 januari 2015 zijn deze diensten – net als wanneer deze diensten aan ondernemers worden verricht – belast in het land waar de (niet-belastingplichtige) afnemer woont. U las hierover in het bericht ‘Nieuwe btw-regels elektronische diensten in 2015’. Om te voorkomen dat de ondernemer zich in elke EU-lidstaat waar hij digitale diensten levert moet registreren, is er vanaf 1 januari 2015 de ‘mini-one-stop-shop-regeling’ (MOSS-regeling). Deze regeling biedt de mogelijkheid om btw die de ondernemer over deze diensten moet betalen aan te geven via één land: de lidstaat waar hij hiervoor geregistreerd staat. Hij mag dan – onder voorwaarden – in Nederland aangifte doen voor de belasting die hij in andere EU-lidstaten verschuldigd is. De ondernemer is overigens niet verplicht om gebruik te maken van de MOSS-regeling en na aanmelding kan hij zich ook weer uitschrijven.
Voor welke diensten?
Het gaat dus om telecommunicatie-, omroep- en elektronische diensten die een niet-btw-belastingplichtige (vaak de particulier) uit een andere EU-lidstaat afneemt. Voorbeelden van diensten die onder de nieuwe regelgeving kunnen vallen zijn toegang tot of downloaden van software (en software updates), onlineverkeersinformatie en -weerberichten, onlinedagbladen en -tijdschriften, onlinegegevensopslag, gebruik van zoekmachines en onlinespelen, digitale toegang tot muziek, films, spellen enzovoorts, e-learning omgevingen, telecommunicatie zoals telefoon-, sms-, video- en internetdiensten, webhosting en domeinnaamregistratie en uitzending van radio- en televisieprogramma’s.
Registreren bij de Belastingdienst
Om gebruik te maken van de MOSS-regeling moet de ondernemer zijn geregistreerd bij de Belastingdienst. Hiervoor kan hij sinds 1 oktober jl. een aanmeldformulier opsturen. Als hij zich voor het einde van het jaar heeft aangemeld (en bevestiging heeft ontvangen), kan hij vanaf 1 januari 2015 gebruik maken van de mini-shop-one-stop. Er zijn twee regelingen: de EU-regeling en de niet-EU-regeling. De EU-regeling geldt als de ondernemer aan één van de volgende voorwaarden voldoet:
- hij heeft een hoofdvestiging in Nederland;
- zijn hoofdvestiging is buiten de EU gevestigd, maar hij heeft een vaste inrichting in Nederland. Als hij meerdere vaste inrichtingen in de EU heeft en de hoofdvestiging is buiten de EU gevestigd, dan kan de ondernemer zich ook in een andere EU-lidstaat registreren.
De niet-EU-regeling geldt als de ondernemer aan de volgende voorwaarden voldoet:
- zijn hoofdvestiging is niet in de EU gevestigd;
- hij heeft geen vaste inrichting in de EU;
- hij is niet geregistreerd voor de btw in de EU.
Hoe werkt de MOSS-regeling?
Na 1 januari 2015 treedt de MOSS-regeling in werking. De ondernemer stuurt dan ieder kwartaal digitaal via het beveiligde gedeelte van de internetsite van de Belastingdienst de btw-melding (btw-aangifte) in. Het maakt niet uit of er in dat kwartaal telecommunicatie-, omroep- en elektronische diensten zijn geleverd. De btw-melding moet uiterlijk 20 dagen na afloop een tijdvak digitaal zijn ingediend. De inleverdata zijn daarom 20 april, 20 juli, 20 oktober en 20 januari. Na ontvangst stuurt de fiscus de btw-meldingen, samen met de btw die de ondernemer heeft betaald, door naar de desbetreffende lidstaten via een beveiligd communicatienetwerk. Vanaf het moment dat de melding en de betaling zijn doorgestuurd naar de betreffende lidstaten, nemen zij de behandeling van de btw-melding over.
Betaling
De ondernemer betaalt de btw in één bedrag aan de Belastingdienst. Dit bedrag is gelijk aan het totale btw-bedrag van de btw-melding. Het is belangrijk dat het bedrag uiterlijk 20 dagen na afloop van het tijdvak moet zijn betaald. De Belastingdienst splitst vervolgens de btw-melding uit naar de betrokken lidstaten en sturen deze gegevens door. Vervolgens verdelen zij het geld over de lidstaten. En let op, voorbelasting kan niet via de btw-melding worden teruggevraagd. Voorbelasting zal via de portaalsite van de Belastingdienst teruggevraagd moeten worden.
Administratie
De ondernemer die gebruik maakt van de MOSS-regeling, moet in zijn administratie alle informatie bewaren over digitale diensten die hij (aan particulieren) levert. Denk hierbij aan het soort dienst, de datum van dienstlevering, de btw die verschuldigd is en de lidstaat van verbruik waar de dienst wordt geleverd. Deze gegevens moeten tien jaar worden bewaard na afloop van het jaar waarin de diensten zijn geleverd. Op verzoek van de Nederlandse of een buitenlandse belastingdienst moeten deze gegevens digitaal worden verstrekt. En let op, voor facturen gelden de regels van de lidstaat waar de dienst is geleverd!
Wet: artikel 6, eerste en tweede lid en artikel 12, tweede lid Wet op de omzetbelasting 1968
Meer informatie: Europese Commissie, 23 oktober 2013, Gids voor het mini-éénloketsysteem van de btw
Geef een reactie