De commissie Wetsvoorstellen van de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs (NOB) heeft een eerste reactie gegeven op het conceptwetsvoorstel voor de implementatie van de Anti Tax Avoidance Directive (ATAD1). De NOB gaat in op de hoofdlijnen van het voorstel, de drie vragen die het kabinet stelt. Volgens de Orde zien de vragen op de twee belangrijkste onderdelen van de ATAD implementatie, namelijk de rentemaatregel en de CFC-maatregel.
Bij de eerste vraag (over de beperking van de aftrekbaarheid van rente in de vorm van een earningsstrippingregeling) is het volgens de NOB zeer belangrijk te weten wat de gevolgen zijn voor bestaande maatregelen. Hoe strenger de nieuwe maatregel, hoe meer reden om bestaande aftrekbepalingen te schrappen. Het antwoord hangt af van waar de voorkeur naar uitgaat, dit verschilt volgens de Orde per type onderneming. In een volgende reactie op de consultatie zal de NOB met een uitgebreide impactanalyse komen die voor verschillende bedrijfssectoren inzicht geeft in de gevolgen.
De wenselijkheid en de uitvoerbaarheid van een overgangsregeling voor rente op oude leningen (van vóór 17 juni 2016) is onderwerp van de tweede vraag. Zo’n overgangsregeling voegt complexiteit toe, maar is overkomelijk volgens de NOB, zeker wanneer ervan uit wordt gegaan dat die regeling facultatief is.
De derde en laatste vraag gaat over de regel voor gecontroleerde buitenlandse vennootschappen en vaste inrichtingen (CFC-regel). Het gaat erom welk model de voorkeur geniet. Bij de uiteindelijke keuze vindt de NOB het van belang voor- en nadelen van beide varianten goed te analyseren, daarom wordt hier in een volgende reactie nader op ingegaan.
Een volgende reactie van de NOB volgt in augustus.
Meer informatie: NOB, 18 juli 2017
Geef een reactie