Een verandering in de aangifte brengt altijd risico’s en kansen met zich mee. Het is een open deur maar de kans dat je een wijziging over het hoofd ziet, is natuurlijk altijd aanwezig vooral als je het ‘al jaren zo doet’.
Een oude cliënt is daarbij gevaarlijker dan een nieuwe. Tja, en komt de foute invuloefening tevoorschijn als vragenbrief over de door u ingevulde aangifte, dan is dat mooi balen, vooral als de cliënt moet bijbetalen. Aan de andere kant is het ook vervelend wanneer een cliënt op de verjaardag over een bepaalde aftrekpost hoort die u bent vergeten toe te passen. Natuurlijk is het verjaardagencircuit niet altijd even fiscaal betrouwbaar (niemand schijnt ooit belasting te betalen lijkt het wel), maar ja, soms heeft de verjaardagsvisite ook gelijk.
Nieuwe kansen
Positief aan wetswijzigingen is dat het uw cliënt en u ook nieuwe kansen biedt, al was het alleen maar om aan uw proactieve imago te blijven voldoen. Een cliënt met scholingsuitgaven kunt u bijvoorbeeld er op wijzen dat deze aftrekpost – in tegenstelling tot de berichten – nog niet afgeschaft is, maar per 1 januari 2019 wel vervangen gaat worden door een ander systeem. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor de aftrek monumentenpanden. Uiteraard zijn er ook andere wijzigingen op komst die uw cliënt aangaan: wat dacht u bijvoorbeeld van de veelbesproken afschaffing van de Wet Hillen, en de minder bekende beperking van diverse aftrekposten tot een maximaal tarief van 37%? Schrik niet, ook deze wijzigingen gaan later in, maar houd in gedachten dat het voordeliger kan zijn om nu alvast wat lijfrenten af te trekken in plaats van in de toekomst.
Webinar Belastingzaken
Uiteraard zijn er zo ook de nodige verschillen aan te wijzen tussen de aangiften over 2016 en 2017. Welke dat zijn? Dat vertel ik u tijdens het webcollege van BelastingZaken op dinsdag 13 februari (12.00 – 13.00 uur). Niets missen? Schrijf u dan hier in!
Geef een reactie