Zoals inmiddels reeds door velen opgemerkt, bevatte het Belastingplan 2017 en de overige wetsvoorstellen die afgelopen dinsdag aan de Tweede Kamer zijn aangeboden niet echt verrassingen. Naar mijn mening zijn daar in ieder geval twee verklaringen voor aan te wijzen.
In de eerste plaats heeft staatssecretaris Wiebes op 12 mei 2016 in een brief aan de Eerste Kamer aangegeven dat hij wil proberen om te komen tot een betere spreiding van indiening en behandeling van fiscale wetgeving. Wiebes merkt op dat hij niet alleen het pakket Belastingplan wil beperken en de interne besluitvorming en voorbereiding van de wetgeving daarvan naar wil voren halen. Ook wil hij meer spreiding realiseren met het traject van separate wetsvoorstellen, veelal voorafgegaan door een hoofdlijnenbrief, die niet per se in werking hoeft te treden met ingang van het eerstvolgende kalenderjaar volgend op Prinsjesdag. Als voorbeelden noemt hij de aanpassing van de fiscale eenheid, de uitwerking van de Autobrief II en het pensioen in eigen beheer.
In de tweede plaats is inmiddels de verkiezingsstrijd losgebarsten. De hete hangijzers worden om deze reden naar een volgende kabinetsperiode doorgeschoven. Dat is vooral te merken aan de brief over de toekomst van het fiscale vestigingsklimaat. Als men de verwachting had dat Wiebes als uitvloeisel van de motie Neppérus met een blauwdruk van het toekomstige fiscale vestigingsklimaat zou komen, is men teleurgesteld uitgekomen. Hoe het fiscale vestigingsklimaat er uit zal zien, wordt overgelaten aan een volgend kabinet. En in zekere zin geldt dat ook voor box 3. Hoewel Wiebes en zijn ambtenaren hun huiswerk zeker gedaan hebben – zie de lijvige voortgangsrapportage over box 3 – worden nu geen beslissingen genomen. Ook dat is aan een volgend kabinet.
En dus lag er afgelopen dinsdag een pakket aan maatregelen waarvan de meeste al in een of andere vorm waren aangekondigd of uitgelekt en die niet echt schokkend genoemd konden worden.
Zijn er dan helemaal geen verrassingen te melden? Wat mij betreft wel. Een van die verrassingen is naar mijn mening de stroomlijning van de invorderingsregelgeving met betrekking tot belastingen en toeslagen.
De invordering van rijksbelastingen wijkt momenteel op belangrijke onderdelen af van de invordering van terug te betalen toeslagen. Zo geschiedt de invordering van belastingschulden door de ontvanger, terwijl de invordering van toeslagschulden de bevoegdheid is van de Belastingdienst/Toeslagen. Maar meer inhoudelijk, ook de betalingsregelingen verschillen onderling en kennen afwijkende voorwaarden. Bovendien volgt voor elke nieuw opkomende schuld een separate betalingsregeling. Zoals in de Memorie van toelichting terecht wordt opgemerkt, verliest een burger hierdoor gemakkelijk het overzicht van zijn totale schuldpositie. Met andere woorden: veel burgers met belasting- en toeslagschulden zien door de bomen het bos niet meer. Het is dan ook goed dat het kabinet een eenduidig en op onderdelen nieuw invorderingsregime voorstelt voor belastingen en toeslagen. Het voert te ver om in het kader van deze blog in te gaan op de technische uitwerking daarvan, maar de belangrijkste elementen som ik hieronder op:
-
De ontvanger wordt bevoegd voor de invordering van belasting- en toeslagschulden. Met andere woorden: burgers hebben nu nog maar met één loket te maken als het gaat om de betaling van hun belasting- en toeslagschulden.
-
Introductie van een debiteurgerichte in plaats van een vorderinggerichte betalingsregeling voor burgers. Met andere woorden: niet de belastingvordering van de fiscus staat centraal, maar de belasting- en toeslagschuldige. Dat betekent dat de gehele schuldpositie van de burger wordt meegenomen bij het treffen van een betalingsregeling. Het behoeft geen betoog dat dit voor de burger een stuk overzichtelijker is.
-
Als een belasting- en/of toeslagschuld niet volledig binnen de daartoe geldende termijn wordt voldaan, omdat de betalingscapaciteit van de burger onvoldoende is, komt die burger onder voorwaarden in aanmerking voor automatische kwijtschelding van de restschuld. Voor belastingschulden kenden we reeds een dergelijk regime, voor toeslagschulden is dit nieuw.
-
Last but not least wordt de rechtsbescherming aangepast. Geschillen over uitstel van betaling en kwijtschelding van zowel belasting- als toeslagschulden kunnen straks voorgelegd worden aan de fiscale rechter. Dit is een aanmerkelijke verbetering aangezien voor belastingschulden in het kader van uitstel van betaling en kwijtschelding nu alleen beroep openstaat bij de algemeen directeur Belastingen. Deze wijziging geldt overigens voor alle belastingschuldigen, dus ook voor bedrijven.
Ik juich dit voorstel van harte toe. Dit onderdeel is in de Fiscale vereenvoudigingswet 2017 terecht gekomen en dat is ook volstrekt begrijpelijk. Het betreft hier immers daadwerkelijk een vereenvoudiging van het bestaande invorderingssysteem. Bovendien vormt dit voorstel een krachtige impuls voor de rechtszekerheid en de rechtsbescherming van belasting- en toeslagschuldigen.
Niettemin gaat dit voorstel wat betreft de rechtsbescherming niet ver genoeg. Naar mijn mening zou de fiscale rechter bevoegd moeten worden voor alle invorderingskwesties, met uitzondering van die welke bij uitstek door de civiele rechter thuis horen. Daarbij denk ik met name aan de tenuitvoerlegging van het dwangbevel en andere executiegeschillen (zoals beslaglegging). Dit zijn onderwerpen die traditioneel op het terrein van de civiele rechter liggen. Maar de overige zaken zouden prima door de fiscale rechter beslecht kunnen worden. Ik denk daarbij met name aan de verrekening van belasting- en toeslagschulden. Het komt in de praktijk regelmatig voor dat daarover een discussie ontstaat met de ontvanger. Het zou de rechtsbescherming ten goede komen als in zo’n geval ook bezwaar en daarna beroep bij de belastingrechter mogelijk zou zijn. Ik spreek de hoop uit dat dit alsnog wordt gerealiseerd tijdens het vervolg van de parlementaire behandeling van het pakket Belastingplan 2017.
De eerste stappen voor de verbetering van de fiscale rechtsbescherming in de invorderingssfeer zijn gezet. Op naar de volgende stap!
Geef een reactie