Belanghebbende claimt wegens immateriële schadevergoeding een bedrag van € 93.600, de inspecteur is van oordeel dat een bedrag ad € 2.500 voldoende is. Na verwijzing door de Hoge Raad moet het Hof nog uitsluitend beoordelen hoe hoog de immateriële schadevergoeding moet zijn met als uitgangspunt een vergoeding van € 500 voor ieder half jaar waarmee de redelijke termijn is overschreden. Het Hof stelt vervolgens vast dat de redelijke termijn met ruim 2 jaar is overschreden zodat het door de Hoge Raad gegeven tarief een totaal aan schadevergoeding oplevert van € 2.500. Belanghebbende heeft zijn eis van € 93.600 onvoldoende onderbouwd, zodat niet aannemelijk is dat belanghebbende schade heeft geleden tot het door hem geclaimde bedrag. Het hoger beroep is gegrond.
Meer informatie: http://zoeken.rechtspraak.nl/ResultPage.aspx?snelzoeken=t&searchtype=ljn&ljn=BV8497
Geef een reactie