Eiser kon, gelet op het bepaalde in de artikelen 7:1 en 8:1 van de Awb en artikel 26a, eerste lid, van de Awr geen beroep instellen bij de rechtbank tegen een niet aan hem gericht besluit. Artikel 6:13 van de Awb staat aan de ontvankelijkheid van het beroep niet in de weg en niet-ontvankelijkverklaring wegens overschrijding van de beroepstermijn dient achterwege te blijven, omdat eiser niet red…
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBNHO:2018:8722&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie