De inspecteur verdedigt in hoger beroep belastingaanslagen mede in verband met (vermeende) inkomsten uit activiteiten, waarvan belanghebbende in de strafprocedure is vrijgesproken. Het Hof volgt de inspecteur in zoverre niet, omdat dit in strijd komt met het op grond van artikel 6 lid 2 EVRM te respecteren vermoeden van onschuld (vgl. EHRM 23 oktober 2014, nr. 27785/10, Melo Tadeu v. Portugal, …
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHAMS:2018:4414&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie