Een bezwaarschrift over loonbelasting dat de Fryske Nasjonale Partij (FNP) in het Fries indiende, werd terzijde geschoven vanwege de ‘vreemde taal’. En dat terwijl het Fries een geoorloofde voertaal is in contacten met overheidsorganen die in Friesland zijn gevestigd. Dat had nooit mogen gebeuren, meent woordvoerder van de Belastingdienst Nick Kouwenhoven.
Per 1 januari is de Wet Gebruik Friese Taal van kracht. Die bepaalt onder meer dat burgers recht hebben om in contact met bestuursorganen hun eigen taal te spreken. Maar dat werd in eerste instantie dus niet geaccepteerd door de Belastingdienst. ‘Het bezwaar is binnengekomen bij het kantoor in Leeuwarden. Vervolgens is het terechtgekomen bij een afdeling buiten Friesland,’ legt Kouwenhoven uit tegenover De Telegraaf. ‘Daar heeft de inspecteur gedacht: dit is een vreemde taal.’ De Belastingdienst had het Friestalige bezwaarschrift nooit mogen weigeren volgens Kouwenhoven. ‘Ons beleid is Friezen die dat willen te woord te staan in het Fries. Dat geldt ook voor correspondentie.’
Meer informatie: Fiscus door knieën voor Friezen
Geef een reactie