Er is een fout ontdekt in de berekening van de percentages van het rendement van box 3 voor 2019 en 2020. Deze rekenfout, gemaakt op het ministerie van Financiën, werkt door in het aangifteprogramma 2019 en in de voorlopige aanslagen 2020 die al zijn verstuurd.
Hierdoor lijkt het alsof men meer belasting moet betalen over vermogen in box 3 dan daadwerkelijk nodig. De Belastingdienst zal de gevolgen van de fout in regelgeving zo snel mogelijk herstellen.
Voor de circa 2 miljoen belastingplichtigen die wel box 3 betalen maar een belast vermogen hebben tot bijna €73.000 gaat het om een bedrag van 1 of 2 euro verschil. Voor mensen met een belast vermogen tot bijna een miljoen euro gaat het gemiddeld om respectievelijk 4 en 18 euro verschil in 2019 en 2020. Voor grote vermogens boven de miljoen euro kan het bedrag oplopen tot een paar honderd euro verschil. In de definitieve aanslagen wordt dit hersteld.
Voor 2019 is het forfaitaire rendement op beleggen vastgesteld op 5,6% waar het 5,59% had moeten zijn. In 2020 is het forfaitaire rendement op beleggen op 5,33% vastgesteld waar het 5,28% had moet zijn. Het forfaitaire rendement op sparen is in 2019 goed vastgesteld, maar in 2020 op 0,06% waar het 0,07% had moeten zijn.
Aangifteprogramma wordt aangepast
De Belastingdienst zal de aangifteprogramma’s voor de aangiftes die nu worden gedaan voor het jaar 2019 op korte termijn aanpassen. Tot die tijd zullen mensen die aangifte doen in eerste instantie helaas nog de onjuiste rendementspercentages zien. Bij de definitieve aanslag 2019 zullen de juiste percentages worden toegepast. Ook de definitieve aanslagen 2020 zullen op basis van de goede rendementspercentages worden opgelegd. Mensen zien dan het juiste bedrag van hun belastingteruggave of verschuldigde betaling.
Voor een beperkt aantal belastingplichtigen die in 2019 en 2020 al een voorlopige teruggaaf ontvangen, kan de teruggaafgrens van € 15 van toepassing zijn, waaronder doorgaans door de Belastingdienst niet wordt uitbetaald. Dit gaat waarschijnlijk om slechts een klein aantal gevallen, omdat inkomens, aftrekposten, vermogen etc. bij de definitieve aanslag vaak net iets anders blijken dan vooraf ingeschat. Op dit moment wordt onderzocht om hoeveel gevallen het ongeveer zou gaan en om welke bedragen.
Meer informatie: Ministerie van Financiën , 3 maart 2020
Geef een reactie