Minister Koolmees beantwoordt Kamervragen over de toepasbaarheid van de NOW-maatregel bij sportservicebureaus. Momenteel wordt bekeken onder welke grens een accountantsverklaring niet is vereist.
Als sportverenigingen gebruikmaken van een sportservicebureau, dan is dit bureau formeel de werkgever, ondanks dat de materiële werkgeversrisico’s bij de sportverenigingen zijn neergelegd. Het is niet mogelijk om binnen het loonheffingennummer waarover het sportservicebureau beschikt, een onderscheid te maken naar verschillende delen van de omzet en de loonsom ten behoeve van een aanvraag in het kader van de NOW. Dat is niet uitvoerbaar binnen de gewenste en noodzakelijke korte afhandelingstermijn en met het volume aan aanvragen. De situatie voor deze sportservicebureaus is dan ook hetzelfde als die van payrollbedrijven, ondanks dat zij zichzelf niet als payrollbedrijf beschouwen. Zouden de sportservicebureaus bijvoorbeeld alleen als loonadministrateur optreden, dan zouden de sportverenigingen voor welke zij de loonadministratie doen, elk zelf nog een eigen loonheffingennummer hebben en ook zelf een beroep op de NOW kunnen doen. Maatwerk in de vorm van een andere omzetzetvergelijking is met het oog op de gewenste afhandelingssnelheid en het grote aantal aanvragen niet mogelijk.
Accountantsverklaring
In algemene zin is ons bekend dat accountantskosten hoog kunnen zijn in relatie tot de te verwachten NOW-subsidie. Momenteel wordt bekeken onder welke grens een accountantsverklaring niet is vereist. Zo is het mogelijk om bijvoorbeeld voor kleine subsidiebedragen, of voor ondernemingen met een hele kleine loonsom, geen accountantsverklaring te eisen. Hierbij zou op een andere wijze het omzetverlies voldoende aannemelijk kunnen worden gemaakt. In plaats van een accountantsverklaring zou dan de verklaring van een deskundige derde moeten worden overlegd, zoals een loonadministrateur. Dit vermindert de drempel om een aanvraag voor de NOW in te dienen.
Meer informatie: Ministerie SZW, 19 mei 2020
Geef een reactie