Als een ingevoerde auto een huurverleden heeft, mag de verkrijger de zogeheten ex-rentalkorting toepassen op de BPM. Hof Den Bosch verwerpt het idee dat de ex-rentalkorting een standaard is die ook geldt voor auto’s zonder huurverleden.
De kentekenhouder van een ingevoerde personenauto zonder huurverleden claimde dat men de ex-rentalkorting altijd mag toepassen bij de berekening van de BPM. Of daadwerkelijk sprake is van een ex-rental, is volgens hem niet van belang. Bovendien meent de kentekenhouder dat het aan de inspecteur is om te bewijzen dat geen sprake is van een ex-rental. Het hof is het met beide stellingen oneens. Men moet inderdaad rekening houden met het feit dat in de handel een huurverleden een waardedrukkende invloed heeft. Maar dat betekent niet dat men deze invloed ook moet toepassen op auto’s zonder huurverleden. Bovendien dient in beginsel de belanghebbende een eventueel waardedrukkend effect aannemelijk te maken. Het hof verklaart daarom het beroep van de kentekenhouder ongegrond.
Wet: art. 10 Wet BPM 1992
Regeling: art. 8 Uitv.reg. BPM 1992
Geef een reactie