Pas als een lening verband houdt met de aankoop, het onderhoud of de verbetering van een eigen woning kan de bijbehorende rente kwalificeren als eigenwoningrente. Steekt iemand eigen geld in de aanschaf van een eigen woning? En sluit hij jaren later een nieuwe lening af ter grootte van het eigen geld in de woning? Dan nog is de rente over die nieuwe lening in principe niet aftrekbaar.
Een echtpaar had de aankoop van hun eigen woning gefinancierd met twee hypothecaire geldleningen en ongeveer € 120.000 aan eigen geld. Een aantal jaren later sloten de echtgenoten een derde hypothecaire geldlening aan. Daardoor beschikten zij over ongeveer hetzelfde bedrag aan financiële middelen als in de situatie dat zij geen eigen geld in de woning hadden gestopt. De echtgenoten gebruikten de nieuw verkregen bestedingsruimte naast hun AOW- en pensioenuitkeringen om hun woonlasten en kosten levensonderhoud te betalen. De vrouw wilde de rente over de derde lening ook aftrekken als eigenwoningrente.
Geen verband met aankoop
Zowel de Belastingdienst als Hof Arnhem-Leeuwarden stelt dat de derde hypothecaire lening geen eigenwoningschuld is. De aankoop van de woning is simpelweg niet gefinancierd met deze lening. Die lening is evenmin gebruikt voor verbetering of onderhoud van de woning. Dat het echtpaar bij de aankoop van de eigen woning had kunnen kiezen voor volledige financiering met hypothecaire geldleningen, doet daar niets aan af. Ook niet als het latere geleende bedrag de inbreng van eigen geld niet overtreft. De rente over de derde lening is daarom niet aftrekbaar.
Wet: art. 3.119a en 3.120 Wet IB 2001
Masterclass eigen woning
De hoofdregels, valkuilen en adviesmogelijkheiden! Vrijdag 2 oktober 2020 verzorgt mr. Frits van der Kamp een masterclass.
Geef een reactie