De verlengde navorderingstermijn van twaalf jaar geldt ook als de belastingplichtige onopzettelijk in het buitenland opgekomen inkomen niet heeft opgegeven.
Een man handelde via zijn eenmanszaak in motor- en fietscrossonderdelen. Hij verkocht deze artikelen tijdens (inter)nationale motorcrosswedstrijden van zijn zoon en op een online handelsplaats. Voor de onlineverkoop maakte de ondernemer gebruik van een betaalsysteem. Aan zijn account voor dat betaalsysteem was een Duitse bankrekening gekoppeld. De Belastingdienst kreeg de indruk dat de man zijn online omzet niet volledig had opgegeven. De inspecteur legde de man daarom navorderingsaanslagen inkomstenbelasting op. Daarbij maakte de fiscus gebruik van de verlengde navorderingstermijn van twaalf jaar. Wanneer de man in beroep gaat tegen de navorderingsaanslagen, moet Rechtbank-Zeeland-West-Brabant onder meer oordelen of de verlengde navorderingstermijn terecht is toegepast.
Omzet op Duitse rekening
De rechtbank stelt vast dat de ondernemer omzet heeft behaald met online verkopen. De kopers hebben via het Duitse account van de man betaald. De gelden zijn eveneens op zijn Duitse bankrekening gestort. De rechtbank stelt dat de twaalfjaarstermijn mede is bedoeld voor situaties waarin een afnemer inkomsten die in Nederland zijn gegenereerd overmaakt naar een buitenlandse bankrekening. Deze gelden zijn immers onttrokken aan het zicht van de Belastingdienst. Dat dit niet de opzet van de ondernemer was, is hierbij niet van belang. De rechtbank oordeelt dat de inspecteur terecht de verlengde navorderingstermijn heeft toegepast.
Geef een reactie