De Participatiewet wordt tijdelijk gewijzigd voor de resterende duur van de Tozo-regeling. De uitsluitingsgrond voor jongeren die kunnen studeren blijft buiten toepassing. Dit schrijft staatssecretaris Van ’t Wout in een brief aan de Tweede Kamer.
Op grond van artikel 13 van de Participatiewet hebben jongeren tot 27 jaar geen recht op algemene bijstand, als zij onderwijs kunnen volgen en daarmee aanspraak zouden kunnen maken op studiefinanciering. Omdat de Tozo op de Participatiewet is geënt, geldt dit ook voor de Tozo. In het modelaanvraagformulier dat gemeenten hebben gebruikt om snel hun eigen aanvraagprocessen op te zetten, is niet gevraagd of zij eventueel aanspraak op studiefinanciering zouden kunnen maken. Bij de beoordeling van het recht op Tozo tot 1 oktober 2020 zijn jonge ondernemers tot 27 jaar die geen onderwijs volgen en daarom geen studiefinanciering ontvangen, derhalve door veruit de meeste gemeenten niet beoordeeld op hun mogelijkheden om onderwijs te gaan volgen en als gevolg daarvan hun mogelijke aanspraak op studiefinanciering. Dat houdt in dat de betreffende jongeren Tozo toegekend hebben gekregen. De reden hiervan is uitvoeringstechnisch van aard, omdat de capaciteit voor een dergelijke arbeidsintensieve, individuele beoordeling van de individuele omstandigheden van deze jonge ondernemers op dat moment niet bij gemeenten beschikbaar was en nog steeds niet is. De staatssecretaris hecht eraan dat de Tozo zoveel mogelijk rechtmatig en uniform door gemeenten wordt uitgevoerd. Om die reden wordt de Participatiewet tijdelijk gewijzigd, voor de resterende duur van de Tozo (dus met ingang van 1 oktober 2020 tot 1 juli 2021), waarbij de uitsluitingsgrond ten aanzien van jongeren tot 27 jaar die zouden kunnen studeren en daardoor aanspraak zouden kunnen maken op studiefinanciering buiten toepassing wordt verklaard voor de Tozo.
Identificatie
Een aantal (grote) gemeenten heeft bij de Tozo de identiteit van de aanvrager vastgesteld via DigiD. Deze keuze is gemaakt omdat de Tozo onder hoge druk en in korte tijd moest worden verstrekt en vrijwel altijd op afstand en digitaal is aangevraagd. Volgens de regels in de Participatiewet dient het college de identiteit van aanvragers vast te stellen aan de hand van een geldig identiteitsbewijs zoals een paspoort of identiteitskaart. Omdat de Tozo gebaseerd is op de Participatiewet, geldt deze eis ook voor de Tozo. Deze gemeenten hebben de identiteit van de aanvrager dus wel vastgesteld, maar formeel niet volgens de regels van de Participatiewet. De staatssecretaris acht het, gelet op de druk op de uitvoering en bovenstaande afweging, niet realistisch om van gemeenten te verwachten dit formele gebrek te herstellen. Gemeenten kunnen volstaan met raadpleging van DigiD indien de identificatie gecombineerd is met controle in BRP of Suwinet. Van ’t Wout heeft daarom besloten deze onrechtmatigheid, voor zover die zich voordoet ten aanzien van onder Tozo 1, 2 en 3 (maart 2020 tot en met maart 2021) verstrekte uitkeringen en leningen, op basis van de hardheidsclausule in de Tozo toch te vergoeden. Voor toekomstige Tozo 4 (april 2021 tot en met juni 2021) aanvragen worden gemeenten wel gevraagd (kopieën van) identiteitsbewijzen te controleren, om daarmee te voldoen aan de Participatiewet.
Meer informatie: Ministerie SZW, 24 november 2020
Gratis online sessie: Fiscaal Eindejaarsjournaal
Tijdens het eenmalige Fiscaal Eindejaarsjournaal blikken onze experts terug op een bewogen jaar en kijken ze vooruit naar een spannend 2021. We gaan onder meer in op de baangerelateerde investeringskorting (BIK),Wde afrekening van de NOW-1 en op de NOW-3, welke ondernemers nog kunnen aanvragen tot 13 december. En natuurlijk beantwoorden ze graag jouw praktijkvragen live.
maandag 7 december | 12:00 tot 13:00 | gratis deelname
Geef een reactie