Het hof acht de ontkenning door belanghebbende van de ontvangst van de uitnodigingen, herinneringen en aanmaningen tot het doen van aangifte evident ongeloofwaardig. Daarom moet ook zonder verzendbewijs van de inspecteur worden uitgegaan van aannemelijkheid van ontvangst van bedoelde stukken. Omkering bewijslast vanwege het niet doen van de vereiste aangifte. De schatting van de inspecteur van …
Meer informatie: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHSHE:2020:3732&pk_campaign=rss&pk_medium=rss&pk_keyword=uitspraken
Geef een reactie