Minister Koolmees reageert op het arrest van de Hoge Raad over de kwalificatie van een arbeidsrelatie. Wat zijn de consequenties voor de praktijk?
In dit arrest bepaalde de Hoge Raad dat de bedoeling van partijen niet van belang bij de beoordeling of een afspraak over het verrichten van werkzaamheden een arbeidsovereenkomst is. Van belang is of de tussen de partijen overeengekomen rechten en verplichtingen voldoen aan de wettelijke omschrijving van de arbeidsovereenkomst. Koolmees geeft in een brief aan wat de consequenties voor de praktijk zijn. Volgens de minister betekent dit arrest niet dat de partijbedoeling in het geheel geen rol meer zou spelen in de rechtspraktijk.
Webmodule beoordeling arbeidsrelaties
De webmodule toetst hoe de overeenkomst gekwalificeerd moet worden en is al zo vormgegeven dat de partijbedoeling op het punt van de kwalificatie geen rol speelt. Er wordt in de webmodule wel uitgevraagd wat partijen zijn overeengekomen, waarbij de bedoeling van partijen wel een rol kan spelen. De inrichting van de webmodule is dus reeds in lijn met wat de Hoge Raad hierover heeft bepaald in haar arrest.
Modelovereenkomsten
De praktijk van de modelovereenkomsten zal op onderdelen moeten worden aangepast (modelteksten en beoordelingskader) naar aanleiding van het arrest . Goedgekeurde modelovereenkomsten verliezen als gevolg van het arrest niet hun geldigheid. Er kan nog steeds op basis van een goedgekeurde modelovereenkomst buiten dienstbetrekking worden gewerkt. Bij de vaststelling of al dan niet sprake is van een arbeidsovereenkomst is niet één doorslaggevend element van belang, maar er wordt altijd gekeken naar het totaal van de omstandigheden in onderling verband bezien. Deze werkwijze is door de Belastingdienst ook voor het arrest van de Hoge Raad toegepast bij de beoordeling van de modelovereenkomsten.
Gezagscriterium
Het arrest brengt, afgezien van de duidelijkheid die het schept over de rol van de partijbedoeling, verder geen wijziging aan in de uitleg van het gezagscriterium. Het is aan een nieuw kabinet om de modernisering van het gezagscriterium desgewenst op te pakken.
Meer informatie: Ministerie van Financien, 10 februari 2021
Geef een reactie