Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat diensten aan gelieerde lichamen nog steeds economische prestaties kunnen zijn. Deze diensten zijn daarom mogelijk belast met btw.
Een bv had in 2010 samen met drie andere vennootschappen, waaronder een thuiszorginstelling, een samenwerkingsovereenkomst ondertekend. Op grond van deze overeenkomst zette de bv in 2013 haar personeel in bij de thuiszorginstelling en een andere bv. Volgens de bv hoefde zij voor deze prestatie geen btw te berekenen en af te dragen. Hier zou namelijk geen sprake zijn van een economische activiteit. De Belastingdienst stelt dat wel sprake is van een btw-belaste prestatie en legt de bv een naheffingsaanslag btw op. De bv begint daarop een beroepsprocedure.
Economische activiteit
De rechtbank stelt ten eerste dat prestaties tussen gelieerde rechtspersonen in beginsel in het economische verkeer plaatsvinden. Dat is alleen anders als sprake is van een fiscale eenheid (FE) voor de omzetbelasting. Voor de aanwezigheid van een economische activiteit moet het karakter van de werkzaamheid duurzaam zijn. Ten tweede dient de activiteit onder bezwarende titel plaats te vinden. De rechtbank constateert dat de bv veertien werknemers in dienst had en een vergoeding kreeg voor het inzetten van deze werknemers. Deze vergoeding vloeide ook voort uit de overeenkomst. Bovendien heeft de bv in 2013 met haar activiteiten een omzet behaald van € 416.824. Daaruit blijkt dat de activiteit een duurzaam karakter heeft en onder bezwarende titel plaatsvindt.
Geen fiscale eenheid
Vervolgens stelt de bv dat zij een FE vormt met de andere vennootschappen. Nu houden twee verschillende aandeelhouders ieder 50% van de aandelen in de bv. Maar volgens de bv staat dat de benodigde financiële verwevenheid niet in de weg. Een van de aandeelhouders heeft volgens de bv feitelijk de overheersende zeggenschap. Maar de rechtbank oordeelt dat de materiële zeggenschap onvoldoende effect heeft op de financiële verwevenheid. Daarom is geen sprake van een FE. De naheffingsaanslag is dus terecht opgelegd.
Wet: art. 7 Wet OB 1968
Geef een reactie