Staatssecretaris Vijlbrief geeft een toelichting op de beëindiging van het belastingverdrag ter voorkoming van dubbele belasting tussen Nederland en Rusland.
De Russische Federatie had voorgesteld om onder het verdrag (hogere) bronbelastingen te kunnen gaan heffen om zo meer belastinginkomsten te realiseren. Dit verzoek is door de Russische Federatie aan meerdere landen gedaan, waarbij de selectie van de landen zou zijn gebaseerd op de omvang van uitgaande dividend- en rentebetalingen vanuit de Russische Federatie naar die landen.
Beursgenoteerde bedrijven
Nederland is altijd bereid geweest om verdere afspraken te maken om belastingontwijking tegen te gaan volgens Vijlbrief, maar het voorstel komt er in de kern op neer dat de Russische Federatie, ook in gevallen waar geen sprake is van verdragsmisbruik, slechts bereid zou zijn om verdragsvoordelen onder strenge voorwaarden toe te kennen aan beursgenoteerde bedrijven. Eén van die voorwaarden is dat een beursgenoteerde vennootschap in Nederland een direct aandelenbelang heeft in een dochtervennootschap in Rusland, of omgekeerd.
Bedrijven zonder beursnotering, bijvoorbeeld familiebedrijven, zouden in het geheel niet meer in aanmerking komen voor verdragsvoordelen. Slechts een zeer beperkt aantal belastingplichtigen zou dan nog in aanmerking komen voor de verdragsvoordelen. Hiermee wordt onvoldoende rekening gehouden met de belangen van het Nederlandse bedrijfsleven. Daar komt bij dat bedrijven in andere EU- landen die eveneens actief zijn in Rusland niet te maken hebben met zulke dergelijke (ongebruikelijke) hogere bronheffingen, waardoor het reële Nederlandse bedrijfsleven op achterstand wordt gezet ten opzichte van het bedrijfsleven uit die landen. Er was geen sprake van enige onderhandelingsruimte zegt de staatssecretaris.
Hogere bronbelasting
Het verdrag kan eenzijdig worden beëindigd met inachtneming van een opzegtermijn van ten minste zes maanden voor het verstrijken van een kalenderjaar. Het verdrag is door de Russische Federatie binnen deze termijn opgezegd en dit houdt in de praktijk in dat de toepassing van het verdrag ter voorkoming van dubbele belasting met Rusland per 1 januari 2022 wordt beëindigd.
Vanaf 1 januari 2022 zal dan onder omstandigheden een beroep op het Besluit voorkoming dubbele belasting 2001 (Bvdb 2001) kunnen worden gedaan. Het belangrijkste gevolg van een verdragsloze situatie is dat Rusland (hogere) bronbelastingen zal kunnen heffen op uitgaande dividend-, rente- en royaltybetalingen. In de tweede plaats komen deze (hogere) bronbelastingen in relatie tot de Russische Federatie in een verdragsloze situatie niet meer voor verrekening in aanmerking. Zonder een verdrag ter voorkoming van dubbele belasting wordt in relatie tot de Russische Federatie namelijk geen verrekening gegeven en zullen deze betalingen in beginsel zowel in Nederland als in Rusland aan belastingheffing worden onderworpen. De Nederlandse inzet blijft er daarom nog steeds op gericht om de dialoog te zoeken en nog dit jaar tot een oplossing te komen.
Geef een reactie