Heeft de oprichter van de SPF feitelijk de beschikkingsmacht over het vermogen van de SPF behouden? Dan heeft de SPF niet de onafhankelijkheid die nodig is om te kunnen spreken van de SPF die in economisch en fiscaal opzicht kan worden onderscheiden van de oprichter van de SPF.
Een vader richtte eind 2001 een Stichting Particulier Fonds (SPF) op. In de jaren 2007-2009 keerde de SPF aan de zoon van de vader bedragen uit ten titel van schenking. Daarvan is geen aangifte gedaan en er is geen schenkingsrecht betaald. In de periode december 2017 tot medio 2018 stelde de FIOD een strafrechtelijk onderzoek in. Tot het onderzoek behoorde ook de door de SPF gedane schenkingen aan de zoon.
Het geschil
Bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant is in geschil of de door de zoon ontvangen schenkingen in Nederland belast zijn met schenkingsrecht.
Overdracht vermogen en beschikkingsmacht
De rechtbank overweegt dat in beginsel bij overdracht van vermogen van een natuurlijk persoon aan een rechtspersoonlijkheid bezittende entiteit dit vermogen is onttrokken aan de beschikkingsmacht van de natuurlijke persoon. Toch kan onder omstandigheden nog sprake zijn van beschikken over het vermogen door de natuurlijk persoon alsof het zijn eigen vermogen is.
Beschikkingsmacht behouden
De rechtbank concludeert dat de ‘onafhankelijke’ bestuurder van de SPF niet de onafhankelijkheid heeft gehad die nodig is om te kunnen spreken van de SPF die in economisch en fiscaal opzicht kon worden onderscheiden van vader. Omdat vader feitelijk het bestuur binnen de SPF heeft gevoerd, kon hij in de jaren 2007-2009 vrijelijk beschikken over de in de SPF aanwezige inkomens- en vermogensbestanddelen alsof het zijn eigen vermogen was. De schenkingen uit het vermogen van de SPF zijn daarom schenkingen van vader aan de zoon. De vader was in de jaren 2007-2009 in Nederland woonachtig. Daarom is de zoon schenkingsrecht verschuldigd over de schenkingen.
Geef een reactie