Als een belastingadviseur valse aftrekposten opvoert in de aangiftes van zijn cliënten, kan hij daarvoor een flinke straf krijgen. Bijvoorbeeld acht maanden gevangenisstraf en een beroepsverbod van vijf jaar.
Het Openbaar Ministerie (OM) beschuldigt een belastingadviseur ervan dat hij over de jaren 2010 tot en met 2014 voor vijf cliënten 25 onjuiste aangiftes inkomstenbelasting heeft ingediend. Volgens het OM heeft de adviseur namelijk te hoge en/of onjuiste en/of fictieve kosten, zoals zorgkosten, studiekosten/scholingsuitgaven en/of giften als aftrekpost opgevoerd. Ook heeft hij documenten vervalst om deze onjuiste aftrek te onderbouwen. Daarmee heeft hij de Staat voor minstens € 1 miljoen benadeeld, aldus het OM.
Fraude bij doorsnee klanten
Tijdens de zitting bevestigt de belastingadviseur dat de vijf desbetreffende cliënten doorsnee klanten zijn. Dat wil zeggen oudere klanten voor wie hij al lange tijd aangiftes heeft ingediend en die meer dan gemiddeld met fysieke problemen kampen. Daardoor gelooft Hof Arnhem-Leeuwarden (ECLI:NL:GHARL:2021:2035) dat de adviseur ook in de aangiftes van een aanzienlijk deel van zijn andere cliënten heeft gefraudeerd. Dat maakt de belastingfraude grootschalig. Het hof veroordeelt de belastingadviseur tot een gevangenisstraf van acht maanden. Ook krijgt hij een beroepsverbod opgelegd voor de duur van vijf jaren. De belastingadviseur gaat vervolgens nog in cassatie. Maar de Hoge Raad wijst dat cassatieberoep af.
Wet: art. 225, eerste lid WvSr
Bron: Hoge Raad 7 februari 2023, ECLI:NL:HR:2023:124, 21/01190
Geef een reactie