Bij beëindiging van een terbeschikkingstelling moet net als bij een staking in de ondernemingssfeer in principe worden afgerekend over de stille reserves die in het ter beschikking gestelde vermogensbestanddeel zitten. Deze afrekening is echter te voorkomen door bijvoorbeeld gebruik te maken van de regeling van geruisloze terugkeer naar de bv of van de faciliteit van uitstel van betaling.
Geef een reactie