Brexit heeft niet alleen douanetechnische en btw-gevolgen voor een onderneming die zaken doet in het Verenigd Koninkrijk, maar zeker ook voor verrekenprijzen.
Als gevolg van Brexit zijn multinationale ondernemingen met vestigingen in het VK immers bezig om hun Europese waardeketen te evalueren en veranderen. Bij een beslissing om de waardeketen te herstructureren worden noodzakelijkerwijs functies, risico’s en activa van de Britse vestiging overgeheveld naar een Europese vestiging. Voorbeelden hiervan zijn:
– de overheveling van de productielijn van een bepaald product naar een niet-Britse groepsentiteit;
– het intern overdragen van immateriële activa (bijvoorbeeld, een patent of merknaam);
– de overheveling van werknemers van een Britse vestiging met een Europees hoofdkantoor met beslissingsbevoegdheden naar een niet-Britse vestiging. Aan ieder van deze interne bedrijfsherstructureringen zijn verrekenprijsgevolgen verbonden.
Afrekenen of niet?
Het meest relevante verrekenprijsgevolg is of de overdracht van winstpotentieel – als gevolg van de overdracht van functies, risico's en/of activa – leidt tot een compensatiebetaling aan de geherstructureerde Britse vestiging. Als dat zo is, is het nodig te bepalen wat een zakelijke compensatie zou zijn voor de overgedragen functies, risico's en/of activa. HMRC, de Britse belastingdienst, zou kunnen beargumenteren dat er wel een compensatievergoeding nodig is en dat er daarover dus in het VK belasting betaald moet worden en dat het bedrag te laag is. De belastingdienst in het land waar de functies, risico’s en activa zijn verplaatst, kan beargumenteren dat de compensatievergoeding juist te hoog is. Een zorgvuldige, gedocumenteerde analyse is dus nodig.
Verrekenprijsbeleid na de herstructurering
Door de overdracht van functies, risico's en activa zullen multinationale onderneming een nieuw verrekenprijsbeleid moeten ontwerpen, implementeren en documenteren voor de post-Brexit transacties tussen de Britse groepsentiteit en de in de EU gevestigde groepsentiteit. Het arm’s length principe is de internationale standaard voor het bepalen van een verrekenprijs voor belastingdoeleinden. Omdat functies, risico’s en / of activa (bijv. immateriële goederen) uit het VK worden overgedragen, zal de nieuwe post-Brexit-waardeketen waarschijnlijk leiden tot minder winst bij de Britse entiteit en zullen er meer winsten worden toegewezen aan de EU-of andere overzeese entiteiten.
Dit kan leiden tot fiscale geschillen met HMRC (die meer winst aan de Britse entiteit wil toerekenen) en de niet-Britse fiscale autoriteiten in het land waaraan de functies, enz. werden overgedragen aan-en mogelijk dubbele belastingen. Ook kunnen hierbij verrekenprijsrisico’s uit het verleden opgerakeld worden. Om deze risico’s te minimaliseren, kunnen multinationale ondernemingen profiteren van een zorgvuldig ontworpen, geïmplementeerd en gedocumenteerd verrekenprijsbeleid. Toekomstige geschillen en dubbele belastingheffing kunnen niet langer in aanmerking komen voor een oplossing in het kader van het multilaterale Europees Arbitrageverdrag of de Europese arbitrage richtlijn indien het VK niet langer een Europese Lidstaat is en de Britse belastingplichtige niet langer een inwoner is van een EU-lidstaat.
Meer weten?
Clive Jie-A-Joen is een van de sprekers op het Brexit congres donderdag 4 april 2019. Op deze dag staan diverse specialisten klaar om u te helpen met praktische adviezen en tools. > Informatie en aanmelden.
Geef een reactie