Webshopeigenaren die te maken hebben met e-commerce, kunnen een grote verandering verwachten. Vanaf 1 juli 2021 moeten zij btw afdragen in andere EU-lidstaten als de omzet van hun afstandsverkopen en digitale diensten aan consumenten uit andere EU-lidstaten de grens van € 10.000 per jaar overschrijdt. Met het nieuwe One-Shop-Stop-systeem kunnen zij de verschuldigde buitenlandse btw aangeven.
Regeling tot 1 juli 2021
Als een Nederlandse btw-ondernemer producten verkoopt aan consumenten in andere EU-landen, is tot en met 30 juni 2021 de afstandsverkopenregeling van toepassing. In dat geval zijn er twee mogelijkheden:
- Het totale bedrag aan vergoedingen voor de verkopen in de EU-lidstaat blijft zowel in het voorafgaande kalenderjaar als het huidige kalenderjaar onder een drempelbedrag dat per lidstaat verschilt. Voor Nederland geldt overigens een drempelbedrag van € 100.000. In deze situatie is de plaats waar het vervoer begint de plaats van levering. De ondernemer brengt dus btw tegen het Nederlandse tarief in rekening en draagt deze ook af.
- In andere gevallen moet de ondernemer het btw-tarief hanteren van de staat van aankomst van het goed.
MOSS-regeling
Ondernemer die telecommunicatie-, omroep- of elektronische diensten leveren aan particulieren in andere EU-landen, kunnen de Mini-One-Stop-Shop-regeling (MOSS-regeling) toepassen. Tenminste, als de omzet behaald met die digitale diensten in een kalenderjaar en het kalenderjaar daarvoor niet meer dan € 10.000 bedraagt. Als de ondernemer de regeling mag toepassen, hoeft hij alleen btw te betalen in het vestigingsland voor de MOSS-regeling. Hij hoeft zich niet te laten registreren in alle landen waar zijn consumenten gevestigd zijn. Bovendien hoeft hij slechts in één land btw af te dragen.
Vrijstelling geringe invoer
Soms kopen consumenten goederen buiten de EU die zij meenemen naar Nederland. Dit is een vorm van invoer. Vóór 1 juli 2021 geldt bij invoer door consumenten echter een vrijstelling van btw en invoerrechten als de waarde van de ingevoerde goederen hoogstens € 22 bedraagt. Is de waarde meer dan € 22, maar maximaal € 150? Dan is men btw-verschuldigd. En bij een waarde van meer dan € 150 ook invoerrechten.
Vanaf 1 juli 2021: One-Stop-Shop-regeling
Vanaf 1 juli 2021 luidt de hoofdregel dat een btw-ondernemer btw moet afdragen in andere EU-lidstaten als de omzet van zijn afstandsverkopen en digitale diensten aan consumenten uit andere EU-lidstaten de grens van € 10.000 per jaar overschrijdt. In het geval van een overschrijding van die grens kan een ondernemer via een nieuw systeem de verschuldigde buitenlandse btw aangeven. Dit nieuwe systeem is het One-Stop-Shop-systeem (OSS-systeem). Via de OSS-aangifte verdeelt de Nederlandse Belastingdienst de btw-opbrengsten over de rechthebbende landen.
Invoer OSS-aangifte
Vanaf 1 juli 2021 zal de btw-ondernemer goederen afkomstig uit niet-EU-landen met een waarde van hooguit € 150 kunnen rapporteren in een invoer OSS-aangifte (I-OSS). Daarbij is de invoer van goederen uit niet-EU-landen vrijgesteld van btw. Deze regeling geldt trouwens niet alleen voor btw-ondernemers uit de EU. Noorse btw-ondernemers en niet-EU btw-ondernemers met een vertegenwoordiger in de EU zullen deze regeling ook mogen toepassen. Wie deelneemt aan de I-OSS-regeling, ontvangt een speciaal btw-identificatienummer. Dit nummer dient men te verstrekken aan de douane voor de btw-vrijstelling van invoer.
Vervallen vrijstelling bij invoer
Vanaf 1 juli 2021 moeten consumenten ook bij een invoer van goederen met een waarde van hooguit € 22 btw afdragen en invoerrechten betalen. Partijen buiten de EU mogen kiezen of ze de verantwoordelijkheid bij de consument laten of dat ze het pakketje voorzien van een eigen OSS-nummer. In dat laatste geval dragen zij daarmee automatisch de btw af.
Wet: art. 5, eerste lid, onderdeel a, 5a en 18 Wet OB 1968
Online cursus BTW & e-commerce per 1 juli 2021
Wilt u precies weten wat de impact is voor de praktijk? Volg dan de online cursus van btw-specialist mr. Carola van Vilsteren.
Geef een reactie