Ook al heeft een pand de bestemming van wonen, als het nog alle kenmerken heeft van een niet-woning, geldt het normale tarief van de overdrachtsbelasting.
Een pand was naar zijn aard gebouwd als kleuterschool, maar na 1987 verbouwd tot brandweerkazerne. In 2020 kwam het pand in handen van twee kopers, die ieder voor de onverdeeld helft eigenaar werden. De koopsom bedroeg € 185.000. Op het moment van de verkrijging had de gemeente aan het pand de bestemming bewoning gegeven. Volgens de kopers was daarom het lage tarief overdrachtsbelasting voor woningen van toepassing. Zowel de Belastingdienst als Rechtbank Zeeland-West-Brabant is het daar niet mee eens. Sinds de verbouwing is het pand naar zijn aard een brandweerkazerne. Op het moment van de verkrijging had het pand nog steeds alle eigenschappen en kenmerken van een brandweerkazerne. Als de aard van een onroerende zaak duidelijk is, komt aan het bestemmingsplan geen betekenis toe. De rechtbank oordeelt dan ook dat het normale tarief van toepassing is.
Wet: art. 14 WBRV
Geef een reactie