De verzekeringsdienst op grond van de ene rechtsbetrekking en de schadeafwikkeling op basis van een ander contract is voor de btw geen ondeelbare prestatie.
Tot een fiscale eenheid (FE) voor de omzetbelasting behoren rechtspersonen die verzekeraars zijn. Deze verzekeraars bieden WA-verzekeringen aan voor schadegebeurtenissen bij verkeersongevallen met motorrijtuigen in andere lidstaten van de EU en de EER. Op grond van wettelijke verplichtingen hebben deze verzekeraars schaderegelaars aangesteld in andere lidstaten. De schaderegelaars brengen vervolgens voor hun schadeafwikkelingsdienstverlening aan de verzekeraar een vergoeding in rekening. Op de facturen vermeldt de schaderegelaar dat de heffing van omzetbelasting is verlegd. In geschil is of de aan de FE verleende schadeafwikkelingsdiensten vallen onder de vrijstelling van omzetbelasting voor bepaalde verzekeringsdiensten. Rechtbank Noord-Nederland (ECLI:NL:RBNNE:2023:5144) heeft in dat kader prejudiciële vragen aan de Hoge Raad voorgelegd.
Afzonderlijke prestaties
De Hoge Raad herformuleert de vragen van de rechtbank. Volgens de Hoge Raad gaat het om de situatie waarin twee ondernemers op grond van twee verschillende rechtsbetrekkingen diensten verlenen aan verschillende afnemers. De vraag is dan of deze twee diensten tezamen voor de heffing van omzetbelasting als één dienst zijn aan te merken. De Hoge Raad oordeelt dat dit niet het geval is.
Geef een reactie