Als een ex-echtgenoot een hypotheek voortijdig aflost na de verdeling van een huwelijksgemeenschap, kan hij de boeterente in principe volledig aftrekken.
Twee echtgenoten gingen scheiden en sloten op 8 maart 2016 een echtscheidingsconvenant. Daarin namen zij op dat de man de echtelijke woning kreeg toebedeeld tegen de (getaxeerde) onderhandse verkoopwaarde van € 272.500. De man was wel verplicht de hypotheken van in totaal € 275.000 op de woning voor zijn rekening te nemen. Deze toedeling van de woning vond plaats onder een opschortende voorwaarde. Deze voorwaarde hield in dat de hypotheeknemer de vrouw eerst moest ontslaan uit de hoofdelijkheid van de hypotheekverplichtingen. In zijn aangifte IB/PVV over het jaar 2016 verzocht de man om heel 2016 te worden aangemerkt als fiscale partner van zijn ex-echtgenote. Zijn ex-echtgenote diende niet zo’n verzoek in bij haar aangifte. Daarom staat de inspecteur niet toe dat de man alle hypotheekrente, boetrente en overige financieringskosten met betrekking tot de eigen woning aftrekt.
Niet-nagekomen afspraak irrelevant
Wanneer de man in beroep gaat, weigert Rechtbank Zeeland-West-Brabant hem om heel het jaar 2016 als fiscaal partner van zijn ex-echtgenote aan te merken. Voor deze kwalificatie moeten beide ex-partners een verzoek indienen en dat is niet gebeurd. De man stelt dat hij en zijn ex-echtgenote hadden afgesproken dat zij beiden het verzoek zouden indienen. Zijn ex-echtgenote is deze afspraak echter niet nagekomen. Maar dat is voor de rechtbank geen reden om toch de kwalificatie van fiscaal partner toe te kennen aan de man.
Boetrente staat los van verrekening
Vervolgens oordeelt de rechtbank dat de fiscus terecht de aftrek van hypotheekrente en kosten van hypotheekadvies heeft gecorrigeerd. Maar de correctie van de boeterente is onterecht. De boeterente vloeit voort uit een vroegtijdige aflossing. Daarvoor is de man leningen aangegaan. Toen was echter de akte van verdeling al gepasseerd. Ook uit de notariële afrekening volgt dat de boeterente volledig bij de man in aanmerking is genomen. De onderbedelingsvordering van de ex-echtgenote is evenmin gemuteerd na een verhoging van de boeterente. Daaruit volgt dat de boeterente geen onderdeel uitmaakt van de verrekeningsafspraken tussen de ex-echtgenoten. De boeterente drukt alleen op de man. Daarom mag hij deze rente volledig aftrekken.
Geef een reactie