
Als door een samenstel van rechtshandelingen een gift heeft plaatsgevonden aan een kind, kan het andere kind daardoor misschien een hogere legitieme portie claimen.
In 1995 heeft een vrouw haar woning aan haar zoon verkocht voor ƒ 479.500. Daarbij heeft de vrouw het recht van gebruik en bewoning behouden. De koopsom is omgezet in een renteloze en aflossingsvrije lening. In 2005 doet de moeder afstand van haar recht van gebruik en bewoning. Na haar overlijden in 2009 blijkt de zoon de enige erfgenaam te zijn. Maar de vrouw heeft ook een dochter, die haar legitieme portie opeist. De dochter stelt dat de verkoop van de woning en de lening een gift vormen. Volgens de dochter moet men de waarde van die gift bepalen naar het moment waarop de erflaatster afstand heeft gedaan van haar recht van gebruik en bewoning. De zus en de broer komen er niet uit en starten een beroepsprocedure.
Hof merkt verkoop niet als schenking aan
Hof Den Haag (ECLI:NL:GHDHA:2023:1494) oordeelt dat de verkoop van de woning in 1995 geen gift oplevert, ook niet in samenhang met de renteloze en aflossingsvrije lening met betrekking tot de koopsom. Het hof stelt dat de verkoopprijs was gebaseerd op een taxatie en dat de lening geen schijnconstructie was. Volgens het hof levert de afstand van het recht van gebruik en bewoning in 2005 evenmin een gift op. Het hof stelt de legitieme portie van de dochter vast op € 65.689,40. De man moet dit bedrag aan zijn zus betalen.
Samenstel van rechtshandelingen?
De Hoge Raad oordeelt dat het hof onvoldoende heeft meegewogen dat een gift kan voortvloeien uit een samenstel van rechtshandelingen. Volgens de dochter is sprake van zo’n samenstel van rechtshandelingen. Dit samenstel van rechtshandelingen betreft de verkoop van de woning tegen een te lage prijs, de omzetting van de koopprijs in een lening zonder rente en zonder aflossing en vervolgens de verrekening tegen niet-bestaande schulden. Deze verrekening was een schijnconstructie waaraan de erflaatster heeft meegewerkt. Zij heeft namelijk door de zoon opgestelde briefjes voor akkoord ondertekend, aldus de dochter. Dit betoog over de verrekening heeft het hof ten onrechte niet meegenomen, aldus de Hoge Raad. De Hoge Raad vernietigt daarom de uitspraak van hof Den Haag. Vervolgens verwijst de Hoge Raad de zaak door naar hof Amsterdam voor verdere behandeling. Dit hof moet beoordelen of inderdaad sprake is van een samenstel van rechtshandelingen.
Wet: art. 4:67 BW
Bron: Hoge Raad 21 februari 2025, ECLI:NL:HR:2025:316, 23/04354
Stoomcursus Voorkom ruzie bij de kist – Het hele erfrecht in één dag!
Een cursus met erfrechtelijke en fiscale tips. Prof. mr. dr. Bernard Schols zal in de vorm van een stoomcursus in één dag het hele erfrecht doorlopen, mede aan de hand van het boek Voorkom ruzie bij de kist. Zo ben je helemaal voorbereid om cliënten te adviseren op het gebied van het erfrecht. Niet alleen leren met lol; er is ook veel gelegenheid voor het stellen van vragen en het bespreken van casuïstiek.
Geef een reactie