Laat de Belastingdienst na om een aangifte IB met daarin de vermelding van een participatie in een filmfonds nader te controleren? Dan mag de fiscus in beginsel niet navorderen omdat een nieuw feit ontbreekt.
Met ingang van 2015 participeerde een man in een filmfonds. Het filmfonds had de rechtsvorm van de stille maatschap. Deze stille maatschap exploiteerde twee films. De man gaf in zijn aangifte IB/PVV 2015 een verlies op uit het filmfonds. In de winstbijlage bij de aangifte vermeldde hij de naam van de onderneming en dat het een filmfonds was. De inspecteur volgde bij het opleggen van de aanslag over 2015 de aangifte van de man. Later constateerde hij aan de hand van de aftiteling van een van de films dat de man participeerde in het filmfonds. De Belastingdienst nam toen het standpunt in dat de participatie in het filmfonds geen bron van inkomen was. De fiscus legde de man vervolgens een naheffingsaanslag op. Maar de man ging in beroep tegen deze aanslag. Daarbij stelde hij dat een nieuw feit ontbrak.
Geen nieuw feit
Rechtbank Gelderland is het met de man eens. In een intern memo heeft een vakcoördinator IB van het Team Vaktechniek namelijk de fiscale problematiek met betrekking tot filmfondsen besproken. In dit memo is zelfs melding gemaakt van twee films van de producent van het desbetreffende filmfonds. De inspecteur had naar aanleiding van de vermelding van de participatie in het filmfonds in de winstbijlage de aangifte nader moeten onderzoeken. Door dit na te laten, heeft hij een ambtelijk verzuim begaan. Daardoor is geen sprake van een nieuw feit en mag de Belastingdienst niet navorderen.
Bron: Rechtbank Gelderland 2 juni 2022 (gepubliceerd 28 juni 2022), ECLI:NL:RBGEL:2022:2766, AWB 21/3255
Geef een reactie