Klanten van belastingadviseurs mogen van Rechtbank Noord-Holland het bedrag van een onverwachte navorderingsaanslag niet verrekenen met de factuur van hun adviseur.
Een accountants- en belastingadvieskantoor had diverse werkzaamheden verricht voor een niet -gelieerde bv. Het ging daarbij om het geven van fiscaal advies, corresponderen met de fiscus en het opstellen van een beroepschrift en een vaststellingsovereenkomst (VSO). Nadat de belastingdienst en de bv de VSO hadden gesloten, kwam nog een navorderingsaanslag vennootschapsbelasting ter sprake. De bv meent dat deze aanslag ook in de VSO had moeten worden meegenomen. Zij verwijt het advieskantoor dat dit niet is gebeurd. Daarom betaalt zij de facturen van het accountskantoor niet.
Navorderingsaanslag is geen schade
Het advieskantoor vordert voor de kantonrechter dat de bv alsnog de facturen betaalt. De rechtbank wijst deze vordering toe. De bv heeft namelijk (nog) geen berekening gemaakt van de schade die zij zou hebben geleden door een fout van het advieskantoor. Bovendien stelt het advieskantoor dat de bv geen schade heeft geleden. De inspecteur heeft alleen maar de belasting nagevorderd waartoe hij gerechtigd was. De nagevorderde belasting had daarom geen onderdeel kunnen uitmaken van de onderhandelingen. De rechtbank vindt daarom niet aannemelijk dat de bv schade heeft geleden.
Wet: art. 6:162 Awb en art. 15 Wet Vpb 1969
Bron: Rechtbank Noord-Holland 4 mei 2021 (gepubliceerd 9 juni 2021), ECLI:NL:RBNHO:2021:4116, 8755561
Geef een reactie