Als een grote onderneming door onvoldoende begeleiding van haar belastingadviseur een verrekenbaar verlies ziet verdampen, is zij zelf daarvoor misschien ook verantwoordelijk.
Een bedrijf dat was gespecialiseerd in het ontwerpen en produceren van met name optische instrumenten en componenten had een belastingadvieskantoor in de arm genomen. Het belastingadvieskantoor verzorgde de jaarrekeningen van deze bv over 2010 tot en met 2016. Ook maakte het kantoor de fiscale aangiftes vanaf 2010 tot en met 2017 op. Daarbij paste het kantoor het in 2010 ingevoerde tijdelijke keuzerecht verliesverrekening toe. De bv kon daardoor haar verliezen achterwaarts verrekenen met de winsten van de drie in plaats van twee voorgaande jaren. Daartegenover stond een verkorting van de termijn om het verlies voorwaarts te verrekenen met voorgaande jaren van negen naar zes jaren. Het belastingadvieskantoor ging echter uit van de normale voorwaartse verliesverrekeningstermijn van negen jaar. Later merkte de bv dat een gedeelte van het verrekenbare verlies verdampte. Zij stelde het belastingadvieskantoor aansprakelijk voor geleden schade.
Belastingadvieskantoor heeft fout gemaakt
De bv stelt voor Rechtbank Rotterdam dat zij de verdamping van het verrekenbare verlies had kunnen voorkomen als het kantoor haar tijdig had gewaarschuwd. De bv had dan een sale and leaseback-constructie kunnen opzetten. Het belastingadvieskantoor betwist echter dat de bv deze constructie had kunnen toepassen. De rechtbank constateert dat het verwijt van de bv niet ziet op het advies om het keuzerecht toe te passen, maar op de afhandeling daarna. De rechtbank is het met de bv eens dat het advieskantoor is tekort geschoten in haar verplichtingen.
Eigen schuld bij cliënt
Maar de bv zelf treft ook blaam. Van een grote, professionele onderneming, mag men verwachten dat zij de kennis bezit om op dit niveau de juistheid van de jaarstukken te kunnen beoordelen. Op zijn minst had het bedrijf vragen moeten stellen aan het advieskantoor als het meende dat het keuzerecht niet juist was verwerkt in de jaarstukken. Dit is immers het soort informatie waarop strategische keuzes moeten worden gebaseerd. De rechtbank verwacht ook van niet-fiscalisten in het bestuur van een grote onderneming de nodige kennis en kunde. Daarom komt de helft van de geleden schade voor rekening van de bv.
Wet: art. 6:102 en 7:401 BW en art. 20, tiende lid Wet Vpb (tekst 1 januari 2010)
Masterclass verliesverrekening
Verliesverrekeningsspecialist Frank Elsweier behandelt de relevante fiscale aspecten van de Nederlandse verliesverrekeningsregels. Hij gaat in op de huidige verliesverrekeningstermijnen en de voorgestelde verliesverrekeningstemporisering die per 1 januari 2022 in werking zal treden.
Geef een reactie