Als de inspecteur met een slakkengang op een bezwaarschrift beslist, kan de belastingplichtige daartegen in beroep gaan. Als hij echter ook jarenlang wacht met handelen, riskeert hij dat de rechter zijn beroepschrift afwijst.
Zo kreeg een vrouw in een zaak voor Rechtbank Den Haag op 1 november 2005 een aanslag IB/PVV voor het jaar 2001 opgelegd. De vrouw diende tijdig een bezwaarschrift in tegen deze aanslag. Hoewel de inspecteur beweert op 7 april 2008 een uitspraak te hebben gedaan op dit bezwaarschrift, gelooft de vrouw hem niet. Zij stelt de Belastingdienst op 23 april 2018 in gebreke. De rechtbank ontvangt het beroepschrift van de vrouw op 31 december 2019. Daarmee heeft de vrouw haar beroepschrift onredelijk laat ingediend, aldus de rechter. Tussen het indienen van bezwaar en de ingebrekestelling ligt immers een periode van meer dan twaalf jaar. En tussen de ingebrekestelling en het beroepschrift zijn een jaar en acht maanden verstreken. De rechtbank verklaart daarom het beroepschrift van de vrouw niet-ontvankelijk.
Wet: art. 6:12, vierde lid Awb
Bron: Rechtbank Den Haag 7 oktober 2020 (gepubliceerd 23 november 2020), ECLI:NL:RBDHA:2020:10405, 20/209
Geef een reactie