Het is mogelijk dat de strafrechter iemand veroordeelt voor een misdrijf, maar de ontnemingsvordering wederrechtelijk verkregen voordeel afwijst. De laatstgenoemde afwijzing staat het opleggen van een navorderingsaanslag niet in de weg.
In een zaak voor Rechtbank Gelderland had een man een woning verhuurd aan een ander. In het volgende jaar trof de politie in de verhuurde woning een hennepkwekerij aan. De man werd ervan verdacht dat hij daar meer van wist. Daarnaast deed de energieleverancier aangifte tegen de man wegens diefstal van energie. De politierechter veroordeelde de verhuurder voor verboden handel in hennepproducten en diefstal van energie. Volgens het ontnemingsrapport zou de man een wederrechtelijk verkregen voordeel hebben genoten van € 15.695. Maar de rechter wees de ontnemingsvordering af. Toch legde de Belastingdienst de man een navorderingsaanslag op die mede was gebaseerd op het bedrag van het wederrechtelijk verkregen voordeel.
Behaald illegaal voordeel aannemelijk gemaakt
De man ging in beroep tegen deze navorderingsaanslag en de daarbij behorende boete. Hij redeneert dat de fiscus uit de afwijzing van de ontnemingsvordering kon opmaken dat hij geen inkomsten uit hennepteelt had genoten. De rechtbank verwerpt dit standpunt, omdat de man wel strafrechtelijk is veroordeeld. Bovendien oordeelt de rechtbank dat de inspecteur geen onredelijke schatting heeft gemaakt. De navorderingsaanslag en boete zijn dan ook terecht opgelegd.
Geef een reactie