Voor buitenlandse belastingplichtigen geldt ook een informatieverplichting. Zelfs als de Belastingdienst op een andere manier aan de informatie kan komen.
Een man met de Nederlandse nationaliteit dient voor het jaar 2015 een aangifte IB/PVV in als buitenlands belastingplichtige. De man heeft in 2015 werkzaamheden verricht voor twee Nederlandse bv’s. Ook heeft hij in 2015 inkomsten genoten van een Nederlandse stichting. Daarnaast beschikt de man over een huis in Nederland en is eigenaar van drie auto’s met Nederlandse kentekens. Bovendien heeft de man gedurende het jaar 2015 voornamelijk pintransacties in Nederland verricht. Hij heeft ten slotte een kind dat in 2015 in Nederland woont. Aan de andere kant is de man in 2015 aandeelhouder en bestuurder van een Panamese entiteit met een Zwitserse bankrekening. De Belastingdienst stelt de man diverse vragen over de Panamese entiteit. Ook vraagt de fiscus om jaarstukken en bankafschriften van de Panamese entiteit. Wanneer een bevredigend antwoord uitblijft, legt de inspecteur de man een informatiebeschikking op. De man tekent bezwaar aan tegen deze informatiebeschikking.
Keuzevrijheid van fiscus in informatie opvragen
Ten eerste meent de man dat hij als buitenlands belastingplichtig niet verplicht is om de gevraagde informatie te verstrekken. Maar rechtbank Noord-Holland wijst erop dat buitenlandse belastingplichtige niet zijn vrijgesteld van de verplichting om informatie te verstrekken. Vervolgens verwijt de man dat de inspecteur heeft nagelaten de gewenste data op te vragen bij de Zwitserse autoriteiten, terwijl hij wel informatie heeft opgevraagd bij de Panamese autoriteiten. Deze klacht baat de man echter niet. Op de belastingplichtige rust nu eenmaal een zekere inspanningsverplichting om de gevraagde informatie te verkrijgen. Dat geldt ook als de Belastingdienst de desbetreffende informatie eventueel op een andere wijze kan verkrijgen of als het voldoen aan het informatieverzoek de belastingplichtige tijd en geld kost. Dit is alleen anders als het handelen van de fiscus strijdig is met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Maar daarvan is hier geen sprake. De informatiebeschikking is dus terecht afgegeven.
Wet: art. 7:10 Awb en art. 47 AWR
Geef een reactie