Als de belastingrechter een naheffingsaanslag vermindert, moet hij ook eventuele samenhangende betekeningskosten verminderen.
De Belastingdienst heeft een btw-ondernemer naheffingsaanslagen omzetbelasting over 2010 (€ 40.397) en 2011 (€ 39.988) opgelegd. Ook heeft de inspecteur beschikkingen heffingsrente afgegeven van € 6.419 respectievelijk € 6.461. Naderhand brengt hij de ondernemer bovendien betekeningskosten in rekening. De ondernemer begint een beroepsprocedure tegen de betekeningskosten. Maar rechtbank Zeeland-West-Brabant verklaart zijn beroep ongegrond. Zie: ‘Betekeniskosten ondanks herroepelijke naheffingsaanslag’. Hof Den Bosch is het voor een groot deel eens met de rechtbank. Toch oordeelt het hof dat een vermindering moet plaatsvinden van de betekeningskosten met betrekking tot de naheffingsaanslag 2011. De rechtbank heeft namelijk de naheffingsaanslag verminderd tot € 3.420 en de rentebeschikking dienovereenkomstig aangepast. In dat geval moet ook een vermindering plaatsvinden van de samenhangende betekeningskosten.
Wet: art. 3 Kw Inv. Rb
Geef een reactie