Onder voorbehoud zal de Hoge Raad op vrijdag 2 juli 2021 aanstaande de volgende arresten in genoemde zaken wijzen (de met toepassing van art. 80a RO en 81 RO te wijzen arresten zijn ook in dit overzicht opgenomen).
Via de link van het NTFR-nummer kunnen NTFR-abonnees de samenvatting van de uitspraak bekijken. Nog geen abonnement op het NTFR? Bekijk hier het kennismakingsabonnement van drie maanden.
Arresten met voorliggende uitspraak behandeld in NTFR
Rolnr. HR | Gegevens voorliggende uitspraak | NTFR-nr. |
19/03443 | Gerechtshof Amsterdam 11 juni 2019, nr. 17/00284 ECLI:NL:GHAMS:2019:1990 Verlies in Duits onderdeel van Noorse groep niet in Nederland aftrekbaar | 2019/2786 |
19/03443 | Conclusie A-G Wattel 20 maart 2020 ECLI:NL:PHR:2020:265 Niet-definitieve verliezen Duitse (klein)dochter niet verrekenbaar in Nederland | 2020/1134 |
20/01212 | Gerechtshof Den Haag 19 februari 2020, nrs. 18/00981 t/m 18/00983 ECLI:NL:GHDHA:2020:281 Nederland heeft heffingsrecht ten aanzien van dividend uit Singapore aan aandeelhouder op Antillen | 2020/1803 |
20/01212 | Conclusie A-G Wattel 1 december 2020 ECLI:NL:PHR:2020:1150 A-G Wattel vraagt Hoge Raad onder meer duidelijkheid te geven over reikwijdte Drielandenpuntarrest | 2021/261 |
20/01369 | Gerechtshof Den Haag 10 maart 2020, nr. 19/00517 ECLI:NL:GHDHA:2020:462 Informatiebeschikking was niet specifiek genoeg | 2020/1529 |
20/01369 | Conclusie A-G IJzerman 18 mei 2021 ECLI:NL:PHR:2021:492 Inspecteur hoefde bij informatieverzoek over buitenlandse bankrekeningen eigen informatie niet te delen met belanghebbende | 2021/1876 |
20/02453 | Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 2 juli 2020, nrs. 19/00781 en 19/00782 ECLI:NL:GHSHE:2020:2000 Box 3-heffing 2017 niet in strijd met art. 1 EP (bij het EVRM) | 2020/2189 |
20/02453 | Conclusie A-G Wattel 25 maart 2021 ECLI:NL:PHR:2021:293 Vermogensrendementsheffing box 3 2016 en 2017 is volgens A-G Wattel op stelselniveau strijdig met discriminatieverbod | 2021/1340 |
20/03092 | Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 30 september 2020, nr. 19/01119 ECLI:NL:GHARL:2020:7854 Hof stelt prejudiciële vraag aan Hoge Raad over omvang geschil bij afsplitsing geschilpunt van procedure massaal bezwaar box 3-heffing | 2020/2995 |
20/03092 | Conclusie A-G Wattel 25 maart 2021 ECLI:NL:PHR:2021:292 A-G Wattel gaat in op prejudiciële vraag aan Hoge Raad over omvang geschil bij samenloop massaal bezwaar en afgesplitste individuele procedures | 2021/1414 |
Arresten waarvan de voorliggende uitspraak in NTFR is gepubliceerd zonder samenvatting
Rolnr. HR | Gegevens voorliggende uitspraak | NTFR-nr. |
20/02456 | Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 30 juni 220, nr. 19/00543 ECLI:NL:GHARL:2020:5094, 2017 Artikel 17 en artikel 22, Wet WOZ Aan vermelding onjuiste waarde op taxatieverslag kan geen vertrouwen worden ontleend; waarde volgens beschikking is leidend | 2020/2240 |
20/02630 | Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 21 juli 2020, nrs. 18/00886 t/m 18/00888 en 19/00874 en 19/00875 ECLI:NL:GHARL:2020:5634, 2015-2018 Artikel 16, Wet WOZ Aan gezamenlijke vermelding van twee WOZ-objecten in WOZ-waardeloket als één WOZ-object kan geen vertrouwen worden ontleend | 2020/2401 |
20/03312 | Gerechtshof Amsterdam 26 augustus 2020, nrs. 19/00821 en 19/00822 ECLI:NL:GHAMS:2020:2990, 2014 Artikel 16, AWR Correctiebeleid staat niet aan navorderingsaanslag in de weg | 2020/3375 |
20/03820 | Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 15 oktober 2020, nrs. 20/00076 t/m 20/00085 ECLI:NL:GHSHE:2020:3152, Artikel 6, EVRM Hof kent een aanvullende immateriëleschadevergoeding toe wegens overschrijding redelijke termijn | 2020/3046 |
20/03945 | Gerechtshof Den Haag 17 september 2020, nr. 20/00338 ECLI:NL:GHDHA:2020:1678, 2016 Artikel 2.17, Wet IB 2001 Andere verdeling van belastbare inkomsten uit eigen woning niet mogelijk en geen aftrek betalingen aan ex-partner | 2021/1429 |
20/04184 | Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 10 november 2020, nr. 19/01700 ECLI:NL:RBGEL:2019:5069, 2018 Artikel 4.17, Awb Doordat de inspecteur tijdig heeft beslist, verbeurt hij geen dwangsom | 2020/3486 |
Arresten waarvan de voorliggende uitspraak niet (in NTFR) is gepubliceerd
Rolnr. HR | Gegevens voorliggende uitspraak |
20/02957 | Rechtbank Noord-Holland nr. 19/3121 |
20/03224 | Rechtbank Noord-Holland 7 augustus 2020, nr. 19/4654, ECLI:NL:RBNHO:2020:6026 |
20/03225 | Rechtbank Noord-Holland 7 augustus 2020, nr. 19/4655, ECLI:NL:RBNHO:2020:6025 |
20/03819 | Gerechtshof ’s-Hertogenbosch nr. 20/00086 |
20/03863 | Centrale Raad van Beroep 15 oktober 2020, nr. 19/2991, ECLI:NL:CRVB:2020:2494 |
20/03945 | Centrale Raad van Beroep 20 juli 2020, nr. 19/990, ECLI:NL:CRVB:2020:1682 |
20/04308 | Gerechtshof Den Haag nrs. BK-20/00348 t/m BK-20/00350 |
21/00094 | Centrale Raad van Beroep 10 december 2020, nr. 18/2173, ECLI:NL:CRVB:2020:3118 |
21/00178 | Gerechtshof Den Haag nr. 20/00607 |
21/00308 | Rechtbank Den Haag nr. 19/6915 |
21/00466 | Gerechtshof Amsterdam nr. 20/00141 |
21/00467 | Gerechtshof Amsterdam nr. 20/00140 |
21/00468 | Gerechtshof Amsterdam nr. 20/00139 |
21/00475 | Centrale Raad van Beroep 11 december 2020, nrs. 20/1765, 20/1767 AOW R01797, ECLI:NL:CRVB:2020:3159 |
21/00541 | Rechtbank Den Haag nrs. SGR 20/4493, SGR 20/4494, SGR 20/4495, SGR 20/4496, SGR 20/4497, SGR 20/4498, SGR 20/4499, SGR 20/4500 en SGR 20/4501 V |
Geef een reactie