Rechtbank Gelderland bevestigt dat de huisvestingskosten van een onzelfstandige werkruimte in een gehuurde woning niet meer aftrekbaar zijn.
Op 12 augustus 2016 oordeelde de Hoge Raad dat een IB-ondernemer in beginsel een huurrecht tot zijn ondernemingsvermogen kon rekenen. Daardoor konden IB-ondernemers de kosten van hun huurwoning volledig aftrekken. Wel moesten zij een correctie wegens privégebruik toepassen. Zie ook: ‘Volledige huurkosten aftrekbaar bij werkkamer in huurwoning’. Vanwege de grote impact van deze uitspraak heeft de wetgever in 2017 een bepaling ingevoerd die de kosten van zo’n huurrecht uitsluit van aftrek. Deze aftrekbeperking geldt niet voor een zelfstandige werkruimte waarmee de ondernemer voldoende inkomen behaalt.
Rechtvaardiging voor discriminatie
Een ondernemer die een huurwoning met onzelfstandige werkruimte bewoonde, stelde dat de aftrekbeperking verboden discriminatie vormt. Rechtbank Gelderland is het met de man eens dat sprake is van discriminatie. Maar daarvoor bestaat een rechtvaardiging. De verkoopwinst op een eigen woning die tot het ondernemingsvermogen behoort, is progressief belast. Ondernemers die een woning huren, hebben dit fiscale nadeel niet. De rechtbank oordeelt bovendien dat de invoering van de aftrekbeperking niet botst met het rechtszekerheidsbeginsel. Het desbetreffende artikellid is namelijk ondubbelzinnig geformuleerd.
Geef een reactie